132 resultaten
1614-01-08
R.A.H. O.R.A. 1064 fol 133
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in de ban van Aelbertsberg oorkonden dat Joost Willemsz overdroeg aan Geertgen en Ghieltgen Hermans dochteren, een huis en erve tot Aelbertsberge, belend aen d'een syde: Arent Gerritsz clompemaker, aen d'ander syde: Mudt Reyersz, oost: de Heerenweg, west: de wildernis. Belast met 2 Kar gld erfpacht tbv Arent Gerritsz. Koopsom 284 Kar gld
Thonis Jacobsz, schout, Pieter Nijs en Pieter Symonsz, schepenen
1616-03-10
R.A.H. O.R.A. 1064 fol 144v
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Bartholomeus Jansz, schipper op Utrecht, opdraagt aan Hans Pietersz de Wael, buerman tot Aelbertsberge, een huis en erf gelegen tot Aelbertsberch, west: die Heerenwech, zuid: het voetpad, noord en oost: Aris Jacobsz, zoals hij comparant hetzelve gecoft en gebruict heeft van de voorn. Aris Jacobsz en Symon Campen. Koopsom 400 Kar gld
Hans Aelbertsz Colterman, schout, Gerard Dircsz en Pieter Wante, schepenen; met het merck van Gerrit Diercsz Slinck
1615-01-20
R.A.H. O.R.A. 1064 fol 138
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Jacques Cambij, bleycker tot Aelbertsberge tot zekerheid van een rente van 18 gld 15st per jaar, hoofdsom 300 gld, tbv Maritge Frans speciaal verbonden heeft zyn bleyckery goot 1 ½ morgen met huijsinge, timmering en gereedschap, gelegen tot Aelbertsberg, oost: Willem Jacobsz, zuid: Floris Jansz, west: Aris Jacobsz, Pieter Jacobsz, noord: Aris Jacobsz. Afgelost 1627-12-08
Hans Aelbertsz Colterman, schout, Michiel Gerritsz en Willem Cornelisz, schepenen
1615-03-18
R.A.H. O.R.A. 1064 fol 139
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Gerrit Dirksz Slinck, onze buerman, opgaf ten eigen aan Gillis Luijcsz, Camerixdoeksbleycker tot Aelbertsberge, een stuckxken erfs, streckende van het water tot aen de heyninge, 3 voeten langer in t zuytwesten als de gevel en nieuwe getimmert van Hans Pietersz de Wael, en 2 voeten langer in t oosten als de voors. timmerage etc
Hans Aelbertsz Colterman, schout, Floris Jacobsz en Willem Cornelisz, schepenen
1598-03-12 (2)
R.A.H. O.R.A. 1063 fol 147 no 131
Transportregister Bloemendaal
Eodem die verkoopt Pieter Jansz, buerman tot Aelbertsberge, als man en voogd van Neele Jansdochter, aan Marytgen Heyndricsdochter voirs. 1/12 part in de voors. blekerij, haar aangekomen van haar groot vader Thaems Engelsz, en nog 1/12 part in de voors. 2½ maden (als boven). Verder niet. Waarborg voor Pieter Jansz voirs is Jan Arijaensz des voirs. Neele vader (vgl 1596-11-25)
1558
A.R.A. Staten van Holland vóór 1572 Inv no 1123/Quohier 10e penning
10e en 100e Penning Bloemendaal
Pouls Dirksz 19 hont in huur van Jan van Loo te Haerlem, om 5 £ sjaars. Noch 4 morgen ½ hont in hure van Trijn Frans Velsermans c.s om 34 K.g. Nog zijn zate lants van 14 ½ hont in hure van Jacob Pietersz c.s. tot Aelbertsberge om 16 K.g
folio nummer: fol 8
vervolg nummer: dijt sijn die huyrwaeren die angebracht sijn tot Aelbertsberg
1598-01-26
R.A.H. O.R.A. 1063 fol 135 no 122
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in de ban van Overveen oorkonden dat Gerrijt Meijnaertsz, backer en poorter binnen Haerlem, erkende verkocht te hebben aan Gerryt Willemsz, buyrman tot Aelbertsberge, een huijsken bij Joos de Brauwe daervan hij comparant tselve gekocht heeft, getimmert op een ackertgen land in de ban van Overveen, twelck de voors. Joos in huyre genomen heeft van Claes Aerijsz [Seuijlers] voor de tijd van tien jaren (vgl 1596-06-14, Joos de brouwer)
Balthasar Cornelisz, schout, Willem Jacobsz en Florijs Jansz, schepenen
Foreest, van | 1502-03-18 (1501)
R.A.H. 111 Caput N.H. fol 134, 135v/Reg Archidux fol 31v
Achternamenindex
hertog Philips beleent jvr Ursula, dochter van Herper van Foreest, met de lenen haar aanbestorven van haar vader: 1) ⅓ deel van de tienden van Schoten, waarvan de heer van Brederode ⅔ heeft; 2) tot Wafferveen [Waverveen] een corentiende en smaltiende; 3) in de ban van Aelbertsberge een camp land 6 maden groot wesende, oost en west: Willem Snel. Nog 1 mat land aldaar, onderdeeld met Lysbeth Rogiers weduwe met haar kinderen; 4)dat ambacht met het land van Schoterbosch, belend zuid: het kapittel uytter Hage, noord: Willem van Zaenden Symonsz en west: de wateringe die Delft geheten, strekkende oostwaarts in het Spaerne. Op het fiche staan ook nog, maar klopt dit wel, zie Anna en Maria: 5) 19 maden lants, gelegen buitendijks bij Saenderdam; 6) ⅓ deel van een corentiende bij Delft, daar heer Philips van Polanen en Jan Heerman dat ander deel of toe te behoren placht; 7) dat ambacht van Middelburgh, gelegen bij der Goude, mitten landen, tienden, renten en heerlijkheden, gelijk een ambachtshere toebehoort. Te houden tot een erfleen, en een camp land geheten die Hollander Aecken ende die hofstede die Hollanders was, ende mit 1 morgen lands dat men hiet Coppersmergen. Beide percelen tot Warmond. Leen van de heer van Naaltwyck. Haar man Jacob van Borssele doet de eed voor haar. In margine: op 1522-11-28 doet Herber van Borselen de eed voor zijn moeder Ursula van Foreest, weduwe van Jacob van Borsselen
present: Dirck van Boneem, cleene Jan Bruyn; 1522-11-28: Frederik van Nyvelt, mr Cornelis Antheunisz, secretaris v.d. Camer v.d. Rade, Cornelis Barthouds, leenmannen
klopt de verdeling ? Zie de belening van Maria en Anna
1600-03-15
R.A.H. O.R.A. 1064 fol 12, fol 11 en 12
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Gerrit Dircksz Slijncken, onse buerman, erkende verkocht te hebben aan Meyns Jansdochter en Tryntgen Claesdochter, met Jacob Arijensz als gecoren voogd, een huis en erve in de ban van Aelbertsberge, west; de wildernis, noord: het voetpad, oost en zuid: Gerriet Dircksz Slinck. Na dode van de beide koopsters komt het huis weer aan Gerrit of zijn erfgenamen terug, tegen betaling. Eodem die erkennen koopsters deswege aan de verkoper 130 Kar gld schuldig te zijn
Balthasar Cornelisz, schout, Cornelis Thaemsz en Willem Cornelisz, schepenen
1600-03-22
R.A.H. O.R.A. 1064 fol 13
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Overveen oorkonden dat Willem Jansz van Overveen als man en voogd van Baeff Arijensdochter, erkende verkocht te hebben aan Arys Cornelisz, van Schooten, ⅓ part van 3 ½ morgen lants wesende eensdeels een bleyckerije ende ook eensdeels tot een boomgaert beplant, gelegen in de ban van Aelbertsberge, waarvan de resterende ⅔ parten Jacob Arijensz en Sill Arijnsdochter, zijns comparants huisvrouwen broeder en zuster toebehooren, oost: de Delft, west: Frans Jansz goutsmit, zuid: Pieter Jansz Coudehorren, noord: die erfgenamen van Dirck Claesz
Balthasar Cornelisz, schout, Cornelis Thamisz en Willem Cornelisz, schepenen