101 resultaten
1482-11-21 |
G.A. Haarlem Cartul Carmelieten H.S. Rijk 34 fol III/Carmelieten en Vrouwen Broerissen Haarlem
Haarlem Algemeen
Gheertruydt Gerritsdochter, prior van OLVr susteren binnen Haarlem opt Nuwe landt, oorkondt dat haar klooster altijd gestaan heeft onder de prior van Haarlem, die met consent van de provinciaal een biechtvader gesteld heeft. Hij heeft een aantal punten vastgesteld, die hier beschreven worden
1580-04-11 |
Inv Arch H. Geest 's Hage dl I Inv 917
Jaartallenindex
deze akte is noch in de regestenlijst noch in de inventaris beschreven. Wel is de dorsale aantekening op dit charter overgenomen: "Neeltgen Heynrixs Wouterszoens weduwe [Hendricx Jacobsz] [vermoedelijk vergissing] bontwercker testament ende de brieven bij denzelven testament aan de H. Geest armen gemaeckt" (vgl 1570-09-26) [er zijn 3 charters en 18 stukken betreffende deze nalatenschap aanwezig]
Zevender, van | 1624-08-29
Inv Arch St Agnietenconvent Emmerich no 120, p 87
Achternamenindex
Gysbert Henricsz als gevolmachtigde (dd 1624-06-15 te Harderwijk) van Otto van Sevender heer tot Hennenberch als man van Besten van Brienen, verkoopt de nader beschreven rente van 18 daalders en 1 oirt aan Theodorus Swaen, pater van het St Agnietenconvent te Emmerich
1504-03-03 |
Kroniek Hist Gen jg 1846 p 184/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex
verzoekschrift van eenigen der ridderschap van het Oversticht aan de bisschop van Utrecht, om de boete gesteld op de wanbetaling der uitzetting van 6 witgens op elke morgen der landen gelegen onder den Hinderdam in alle kerspelen des overstichts, die door dien dam hun water loozen, ten hunnen aanzien niet worden uitgepand alvorens zij daarop door de Staten van Utrecht zijn beschreven geworden
Brederode, van | 1663-1719
V.R.O.A. 1909 p 174 no 404, 407/Arch Detmold Brederode
Achternamenindex
lijst, geschreven door verschillende handen van stukken betreffende geldzaken van de heren van Vianen, onder het hoofd: Simon Hendrik Adolf regerende graaf en Edel heer ter Lippe, beschreven; 1653-07-04: besloten uiterste wil van Johan Wolfert van Brederode; 1685-01-17: gewaarmerkt uittreksel hiervan (no 366)
1420-03-14 (1419) |
R.A.H. Coll Aanw 74 fol 143/Memoriale B.K. fol 31
Jaartallenindex
brieven van edeldom. Hertog Johan confirmeert alle handvesten, privilegien ende gracie van edeldomme, als keizer Sigismund van speciaelre genaden gegeven, gedaen ende besegelt heeft den personen hierna beschreven als: Claes Dirc Smijtsz en Pieter Smijt, gebroederen, Willem Gijsbrechtsz, Dirc Dircsz, Troveys Dircsz, Claes Vrank die Hasenz die van Copperts Hasen geslacht gecomen sijn. Hertog Jan belooft hen en hun nacomelingen van rechter swaertsijde hierin te handhaven
1489-06-10 |
J.L. van Dalen: Inv Arch Dordrecht regest 477, 478
Jaartallenindex
Johan van Naeldwyck heer van Craijesteijn, ridder, schrijft aan Walraven heer tot Brederode om koren te zenden en met volk binnen Woerden te komen, ten einde een aanslag op verschillende steden te beramen. Eodem die schrijft dezelfde aan ritmeester Baernt van Wiess te Vianen om des anderen dages met al de reijssigen en al de voetknechten onder heer Reijner van Bruchhuijssen naar Woerden te komen. Beschreven tot Woerden
Alkemade, van | 1452-05-22
Arch Kloosters Leiden regest 1003/St Agnesklooster Inv no 1003
Achternamenindex
Willem van Alcmade Ysbrantsz erkent voor schepenen van Leiden dat, hoewel het land door hem aan Clais Willem Jans Vossenz verkocht, in de koopbrief beschreven staat als groot 6 morgen, de voorwaarden van de koop het land bepalen op dezelfde grootte als Willem het destijds geerfd heeft van zijn oom Geryt van Oestgeest
1521-11-22 |
R.A.H. Coll Aanw 243 fol 229/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
alzoe Cornelis Claesz alias den Doen, Jan Cornelisz, [Bartoud ?] Atout Cornelisz, Geryt Claesz, mitsgaders de andere vrienden en magen van Cornelis Cornelisz, gevangen binnen Leyden, den Hove overgegeven hebben zeker request tegen Henrick van der Does, schout van Leiden, op grond waarvan de schout beschreven is geweest om voor het Hof te verschijnen, waar ook supplianten gehoord zijn, veroordeelt het Hof de supplianten om aan de schout zyn vacatien te betalen ter taxatie van den Hove
1430-03-28 (1429) |
R.A.H. Coll Aanw 56 fol 226/Reg in Beyeren IX fol 118
Jaartallenindex
gravin Jacoba oorkondt dat Dirck Jacobszoon haar heeft opgedragen tbv Mathys Andrieszoen alsulcke goede als hij van ons te leen hielt ende hierna beschreven staen: 1) 3 gheersen lants gelegen in de banne van Barsingerhorn, geheten die Goerichacker in den Coech; 2) 3 gheersen lants ghelegen in den banne voirs. geheten die Smalevenne; 3) 2 geersen lants oick gelegen in den voirs. banne in die Grote Venne van der oistsyde in. En dat zij Mathijs hiermede vervolgens heeft beleend