32 resultaten
1504-11-23 | Heemskerk
R.A.H. 112 Caput Kennemerland fol 89v, 91/Reg Archidux
Jaartallenindex
hertog Philips beleent Ermgaert Hugendochter na dode van haar nicht Margriete Lambrechtsdochter met 2 geersen lants gelegen in Olbringen Venne, die Bertouts van Oijen plach te wesen. Ende noch een geerse lants die Michiel Claes Obbenzoon toe te behoren pleegt. Tot een onversterfelijk erfleen. Hulde doet voor haar Herman Jans van der Molen, haar gestelde voogd in deze zake. Uit haar naam draagt Herman dit leen op tbv aan Jan van der Bouchorst, die ermee beleend wordt; 1504-11-16: voor leenmannen machtigt Ermgard Huygendochter Martin Bertelmeeuszoons weduwe "die overmits haar sieckte niet gegaan en mochte" (weshalve leenmannen zich naar haar huis begeven hebben) haar voogd Herman Jansz v.d. Molen om de bovenstaande transacties te verrichten, nl om beleend te worden met de 3 geersen, aan Ermgard aangekomen bij dode van haar nicht Margriete Lambrechtsdochter, die in haar leven Evert Janszoons geechte wijf was, om dit leen weer over te dragen tbv Jan van der Bouchorst
1563-06-15
folio 210v CXCVII 1557-1562
Transportregister Haarlem
Ysbrant Cornelisz voor hem zelve, Anna en Griete Cornelisdochteren t.o.v. hun broeder Ysbrant voors als voogd, erfgenamen van Griete Ysbrantsdochter voor ⅞ delen ende Jan Jansz Tol als man en voogd van Neel Symons voor ⅛ deel, verkopen Jacob Jansz Tol, timmerman, een huis en erf over t Spaerne, an d'een zide: Gerritgen Huygendochter, an d'ander zide: Cornelis Evertsz Grotecruijs, achter streckende met een schure an de voorn Cornelis Evertsz en Gerrit Dircz. Koopsom 580 Kar gld
1537-04-28 |
R.A.H. Coll Aanw 121 Caput Z.H. fol 28v, 30; R.A.H. Coll Aanw 141 fol 473/Reg Nassau fol 280v
Jaartallenindex
Karel beleent Marieken Huygendochter na dode van haar vader Huych Pietersz met ½ van de hofstede van Woude met twee weer lands, bedyckt ende onbedyckt, groot 20 morgen, daerof de 10 morgen bedyckt zijn, gelegen tussen Ryderwaart en Slyckersweer. Te houden tot een recht erfleen. Pieter Bol, auditeur v.d. camer v.d. rekening heeft de eed voor haar gedaan. Op 1551-03-02 (1550) doet Willem van Beveren als man en voogd van Marieken de leeneed. Eodem die beleent Karel Lysbeth Hugendochter na dode van haar vader Huych Pietersz met 16½ morgen lands, gelegen in Swindrecht in onsen land van Zuid Holland, in een landeken geheten die Hogenesse, te houden tot een erfleen. Pieter Bol doet ook voor haar de leeneed (vgl 1536-03-28). Op 1573-04-11 wordt de leeneed gedaan door Jacob Muys, schout van Dordrecht, krachtens procuratie dd 24 maart door juffr. Maria van der Linden Huijgendochter gepasseerd ter vernieuwinge van de leeneed in volge het placaat van 3 maart j.l, to.v. heer Arnout van Dorp als stadhouder van de leenen (vgl 1579-03-12, 1566-04-29: Jacob Muys)
Cornelis Barthout Jansz, Jan Jansz [lees: Jan Gans], Anthonne Lebucq, leenmannen; 1551-03-02: Cornelis Barthouts, Willem van Criep Pietersz; 1573-04-11: Maerten Heyndrix, Willem Wouters, Philips Doubleth, leenmannen van Holland
1489-11
folio 23v XXVI, XXVII 1489-1492
Transportregister Haarlem
Jan Theeusz als man en voogd van Katrijn Huygendochter erkent dat zijn wijfs broeder Jan Huijgez hem voldaan heeft van zijn helft van twee percelen van lande, die him anbestorven zijn geweest by dode van Geertruydt Huyge Jansz weduwe, zijns wijfs moeder, dat een gelegen tot Heemskerck mit Symon vuijten Hage gemeen; ende dat ander gelegen tot Velsen gemeen met dat gasthuys uijt der Beverwyck ende meer andere. Testes: Geryt Dircsz en Willem Lambertsz. Ende t sal Henric Jacob Tymansz ter bede bezegelen
1560-12-30
folio 114 CVI 1557-1561
Transportregister Haarlem
Namme Claesz kistemaker, als man en voogd van Marytgen Jansdochter, Symon Huygensz, Jan Hugesz Bruijn, Brechte Jans en Magdaleen Huygendochter, beide met mr Quiryn Dircsz, haar oom en gecoren voogd, mede hem sterk makende ende belovende te waren voor Cornelis Huygensz en Jan Gerritsz, onmondige kinderen van zijn zuster Yslant Dircsdochter, verkopen aan Heronymus Jansz, timmerman, een huys en erf in de Schachelstraat, an d'een zyde: Pieter van Dorp, an d'ander zyde: Cornelis Gerritsz Thoorn, achter streckende an Pieter van Dorp voors. Koopsom 300 Kar gld
1580-02-24
folio 14
Transportregister Haarlem
Dirick Symonsz, schipper, als man en voocht van Jannetgen Bruynendochter, Symon Jacobsz, schipper, als man en voogd van Maritgen Bruyendochter, Cornelis Jacobsz, scheepmaker, Grietgen en Cornelia Bruynendochter en Harsgen Willemsdochter weduwe Frans Bruijnen, t.o.v. Cornelis Gerytsz Ban, heurlieder alder gecoren voocht. Alle erfgenamen van Bruyn Cornelisz, scheepmaker, verkopen tesamen Adriaen Cornelisz, schipper, een huis en erf op t Spaerne, genaempt "de halve maen", aen d'een side: de weduwe Cornelis Thymansz, aen d'ander side: Aechte Huygendochter, streckende voor van de Spaerne achter aen Aechte Hugendochter. Koopsom 1080 Kar gld
1560-12-31
folio 121 CXIII 1557-1561
Transportregister Haarlem
Griete Borrytsdochter weduwe Huijch Adriaensz Tromper met haar zoon en voogd Jan Huijgenz, dezelve Jan Huygenz voor hem zelf, Borrijt Huygenz, Jan Visscher als man en voogd van Lysbeth Huijgendochter, Alyd Huygendochter weduwe Dirck Theeusz, met haar broeder Jan Huygenz voors. als voogd, en Florys Huygenz, tesamen vervangende Adriaen Huijgenz, heuren broeder, vercopen Adriaen wollewever een camer en erve in St Michielsstraet, noord: Gerrit Jansz en Jan Jacobsz tesamen, zuid: Dirck Claesz Wij, achter streckende an de boomgaert van Arys Jansz . Zoals dezelve camer nu ter tyt betimmert en gehecht staet in den huyse van Gerrit Jansz voors. Koopsom 90 Kar gld
1578-03-21
folio 197
Transportregister Haarlem
Jan Gerritsz voor hem zelf, Jan Cornelisz vuyte Beverwijck, mede voor hem zelf, elk voor ¼ part, tevens namens Jan Vrericsz en Jan Cornelisz als man en voogd van Marytgen Huygendochter, elcx mede voor ¼ part. Allen erfgenamen van wijlen heer Jasper Jansz, in zijn leven cappellaen van de Cathedr. kerk alhier, verkopen Jacob Dircsz, cleermaker, een huis en erf leggende aen de noordzijde van de grote kercke, genaempt "de swarte ramen" [swarte raven ?], aen d'een syde: de weduwe van Dirck van Nuyssenburch, aen d'ander zyde: Aechte Aerntsdochter weduwe Jacob Dircsz, achter streckende aen Zybrant van Berckenrode. Koopsom 550 Kar gld
1561-12-31
folio 175 CLXII 1557-1562
Transportregister Haarlem
mr Quiryn Dircsz als gemachtigde van Symon Huygez, wonend tot Purmerende voor hem zelve, Namme Claesz als man en voogd van Maritgen Jansdochter, Magdalena Huygendochter met den voors mr Quiryn Dircsz haar oom als voogd, Jan Bruyn Huygesz mede voor hem zelve, ende deselve Jan Namman en Magdalena, vervangende de onmondige kinderen van Yslant Dircsdochter, heure broeders, vercopen tesamen Brecht Jansdochter 6 delen van ½ een huis en erf in de Schachelstrate, daar de andere 4 de deel aftoebehoort (!), an d'een zide: die weduwe van mr Boudewyn de Weendt, an d'ander zide: Govert die smit, achter streckende aen Jan Fransz. Koopsom 371 Kar gld. Gedateerd 31 Dec 1561
1565-06-29 |
R.A.H. Coll Aanw 133/I Caput N.H. fol 158v, oud fol 43v
Jaartallenindex
koning Philips beleent mer Martin Snouckaert, ridder, heer van Somerghem, van Brauwenburgh, griffier en 1e pensionaris der stad Brugge, na dode en makinge van zijn broeder heer Willem Snouckaert, met de lenen die vrouwe Johanna van der Binchorst en haar voorzaten in leen hielden: 1) die hofstede van der Binchorst, erfleen, binnen aftersusterkind niet te versterven; int oude land van 's Gravesande: 2) ½ morgen land, zuid: Lysbeth Huygendochter, bagijn, noord: Gerrit Huygenz, oost: heer Amon, priester, west: die van Wateringe, 3) ½ morgen land, zuid: die kerk van 's Gravesande, noord: Jan van Ryssel, oost: Claes Arntsz, west: die dwerssloot, 4) 1½ hont land, zuid: de kerk van 's Gravesande, noord: de H Geest te 's Gravesande, oost: die van Wateringe, west: die reguliers van 's Gravesande, 5) 1 morgen land, zuid: Belye Floris Gerritsz dochter, noord: Jacob Willemsz, Janne Willemsdochter, oost: de H. Geest te 's Gravesande, west: Jacob van Poulenborge, 6) 1 morgen land, noord: de kerk van 's Gravesande, zuid: mr Nicolaes van Hoorn, oost: Mathys de Kuijser, west: die Reguliers, 7) in t Nieuwland van 's Gravesande: ½ morgen, noord: Meijns de bagyn, oost: de wech, zuid: die kerk van 's Gravesande, west: de dijcke. Tesamen 4 morgen 1 hont. Tot een onversterfelijk erfleen; 8) een hofstede te Backum met 3 stucken land op de westzijde daarvan gelegen met dat lage land daarbij, achter en voren, groot 4 geersen, oost: een hofstede genaamd Banen hofstede, west: Geertruid Claesdochter, zuid: Cornelis Gerritsz te Alkmaar ende hijselve met eigen land. Tot een erfleen. Hulde doet voor hem Jacques Snouckaert als gemachtigde (vgl 1565-05-25, 1566-01-18)