Sijel | 1591

Bissch Arch Haarlem Inv no 416 Vervolg I en II

Achternamenindex

bezittingen van het scheepmakersaltaar te Haarlem: stukje land met St Catharinaklooster gemeen, te Heemstede, gebruikt bij Jacob Pietersz Sijel, 3 gld 10st, betaald 1591 t/m 1606; 1607: verhuurt aan Jan Jacobsz Sil voor 2 gld 10st per jaar; "Gheryt de Witte verklaart dat hij sedert 1615 geen profijt meer heeft van dit land en dat hij zich in februari 1619 persoonlijk naar Heemstede begeven heeft en daar van Jacob Pietersz Sil en Jan Jacobsz Sil, de tegenwoordige gebruikers te horen kreeg dat het land weggespoeld was door het meer, ende nauwelycx yet daerof behouden was", het land was gelegen "bij den ton, 't baecken van de meer gelegen"

Heemstede

Dirc Corstensz | 1558-03-21

Bissch Oud Arch Haarlem 8 kl A 52

Voornamenindex

Dirck Corstensz verkoopt aan het St Michielsconvent te Haarlem, de helft van 3 maden land, waarvan de andere helft aan Jan Danielsz toebehoort, gelegen an St Aechte, in de ban van Wijk op Zee

1503-04-03 |

Bissch Arch Haarlem

Jaartallenindex

scepenen binnen Schagen oorkonden dat Allert Albertsz, Nanninck Rydwartsz, Fases [?] Philipsz en Tsaef Olfertsz, medepoorters, getuigen dat wijlen Dirc Jacobsz besproken had aan de H. Geest te Schagen "alle sijn brieven die hij hadden binnen Schagen van renten, daer hij gheen eyghendom an en hadde, noch daer hij niet in de besit en was", onder voorwaarde dat zijn huisvrouw Arijs deze renten zou bezitten, zolang zij leefde en niet hertrouwde. Dat na zijn dood een scheiding plaats vond tussen zijn weduwe Arijs en zijn erfgenaam Symon Jacobsz, waarbij Arijs twee brieven elk van 4 R gld sjaars aan zich trok zonder protest van Symon. Naderhand rees geschil hierover, waarbij zij beweerde deze beide brieven aan de H. Geest gegeven te hebben

Aelbet Ellesz (!), Jan Rensz, Allert Eelkesz, Albert Hijerwartsz, Jan Sijwertsz, Walich Heinkesz en Jan Jansz, schepenen, met zegel van Jan Claesz, onse medepoorter (vogel of eend)

1503 (1502) |

Bissch Oud Arch Haarlem

Jaartallenindex

Gysbrecht van Raephorst oorkondt dat hij op verzoek van de graaf en gravin van Egmond tegen betaling van een geldsom, tbv Dirck Symonsz Claes Corfsz, een thiende liggende op t Woudt, die deze van hem in leen hield (na overgifte door Philips Ruychrock), uit de leenband ontslagen en hem ten vrijen eigen gegeven heeft, op den 12e ....... 1502 na den loop sHoofs van Holland (vgl 1533-12-21)

1533-12-21 |

Bissch Oud Arch Haarlem

Jaartallenindex

keizer Karel oorkondt dat hij op request van de weduwe van mr Jacob Pynssen, als erfgenaam van wijlen Dirck Symonsz Claes Corfsz de brief van het jaar 1503 (1502) waarbij Gysbrecht van Raephorst tbv Dirck diens leen van een tiende op t Wout uit de leenband ontslaat en hem deze tiende ten eigen geeft, bevestigt. Requestrante achtte het niet zeker of dit leen soms noch in achterleen gehouden werd van de grafelijkheid. De keizer bevestigt nu het ontslag uit de leenband en ziet af van al zijn eventuele afspraken tegen betaling van 100 Kar gld in eens (gecoll. jegens t tweede geluwe registre beginnende mei 1527 ende eindigende Kersavond 1549 berustende in de camer van rekeninge des conincs in den Haghe)

1551-07-30 |

Bissch Arch Haarlem/Arch Karmelieten Haarlem no 10

Jaartallenindex

schepenen in Leiden oorkonden dat Cornelis Adriaensz Brouwer heeft overdragen aan het Convent van Ovr broeders te Haarlem de renten in de doorstoken brief dd 1549-01-10 genoemd

Jacob Jansz van der Graft en Willem Aelbrechtsz, schepenen (met hun zegels)

1552-12-04 |

Bissch Oud Arch Haarlem/Arch Karmelieten Haarlem no 11

Jaartallenindex

Jan Claesz, schout in het ambacht van Lisse, oorkondt dat Symon Willemsz Tromp, buerman in Lisse, erkende schuldig te zijn aan Pieter Jansz, een erflike losrente van 12 Kar gld sjaars, gevestigd op een huijs met een barge, geboomte ende anders, staende op een Loostercampe, groot ± 3 morgen in het ambacht van Lisse, belend zuidwest: Pieter Jansz zelve, noordwest, noordoost: Corlis Jan Florisz, zuidoost: die wildernisse. Transfix bij akte dd 1557-06-08

als tuygen buyren van Lisse: Pieter Jeroensz en Jan Garbrants

1557-06-08 |

Bissch Oud Arch Haarlem/Arch Carmelietenklooster Haarlem no 11

Jaartallenindex

Jan Claesz, schout in den ambacht van Lisse, oorkondt dat Pieter Jansz, buerman in Lisse, erkent verkocht te hebben broeder Cornelis, prior van de Carmeliten te Haarlem, de losrente vermeld in de brief van 1554-12-04

in presentie van Jan Cornelisz Duijcker en Jan Claesz, gesworen clerck in den ambachte van Lisse

1546-07-07 |

Bissch Oud Arch Haarlem regest 420

Jaartallenindex

broeder Cornelis Michielsz, prior, broeder Franchoys van Bruessele, vicarius, broeder Cornelis Pietersz, procurator, broeder Jan Cornelisz, koster van het Karthuizerklooster genaamd Syon, gelegen in Noertgoude, buiten Zierikzee, verklaren verkocht te hebben aan mr Lieven van Burch Anthonisz 10 gemeten land in het oude land van Grijssenoird

1553-09-07 |

Bissch Oud Arch Haarlem regest 443

Jaartallenindex

Cornelius f Johannis Leonardi de Gouda, presbyter Traj. diocesis, notarius publicus, instrumenteert dat Jacobus de Does, echtgenoot van Clara de Adrichem filia Petri de Adrichem, als collator van een vicarie op het altaar van de H. Maagd in de parochiekerk te Beverwyc, als vicaris presenteert Albertus Judocus de Gouda, clericus Traj. dioces, welke vicarie is opengekomen door de dood van de vicaris mr Gerardus Hermanus Ramp