des | doem | doen | doens | doet | doos | dops | doss | dous | doys | ducs | düss | genealogia | genealogien | genealogies | genealogieën | genealogique | genealogiën | genelogie | verburg | voerburgh | voorburch | voorburgen | voorburgh | vorburg
22 resultaten
1488-03-22 (1487) |
Genealogie v.d. Does Voorburg/Fam Arch Bredius
Jaartallenindex
compareerde voor het Hof Philips van der Does als ambachtsheer van Heerjansdam, die hij als mansman van de grafelijkheid in leen houdt van de heer van Wassenaer, en zijn broer mr Jan van der Does. Philips draagt op en transporteert aan mr Jacob Cruesing, de eerste mr der Camer van der Rekening van Holland en zijn erven, die bruyckweer van sulcken bran [?] thienden ende smaltienden als hij heeft leggende in den ambacht van heren Jansdam, daer ⅛ deel van geheel Zwindrecht toebehoort, voor de tijd van 5 jaar, voor de som 25 gr Vls die mr Jacob hem, Philips, in sijn grote nootsake, geleent heeft, om 30 morgen te bedijken voor zijn ⅙ deel dat hij heeft in een uitgors genoemd Hoghenesse, gelegen an Zwyndrecht, het welk de ambachtsheren van Zwijndraecht besloten hadden te bedijken. Het Hof verleent willige condemnatie
1491-1492 |
Genealogie v.d. Does Voorburg/Fam Arch Bredius
Jaartallenindex
extract uyt der stede rekening van Leiden: onder de lijfrenten vercocht te St Pietersdagh ad Vinculo 1489, roerende de personen binnen Delft woonachtig: Yde Jansdochter en Machtelt Philips dochter van der Does 2 £ gr; beide namen ook nog in 1538 en 1539
1507~ |
Genealogie v.d. Does Voorburg/Fam Arch Bredius
Jaartallenindex
Janne van Halewijn, vrouwe van Wassenaer etc, oorkondt dat zij door transporte en begeerte van Philips van der Does en Jan van Muijlwijck verleent hebben Pieter Hugensz, poorter van Dordrecht, 28 £ 92c gr Vls, die zij aan Pieter Hugensz vercoft hebben uter ambachtsheerlycheit en goeden van Heren Jansdam (ongedateerd); 1509-02-09: renuncieerde ende ging te buten joffr. Lysbeth Philips huysvrouw van der Does alle alsulcke duwarie als haer Philips gemaect hadde op die goeden van heer Jansdam, in presentie van mr Gerit van der Mye en Jacob Adriaensz van der Wiele, rentmeester van de heer van Wassenaer
1516-08-05 |
Genealogie v.d. Does Voorburg fol 74/Fam Arch Bredius
Jaartallenindex
Johan heere tot Wassenaer etc oorkondt dat blijkt uit certificatie der stad Dordrecht dd 1516-08-02, dat te anderen tijden Philips van der Does, toen ambachtsheer van Heren Jansdam, verlijt heeft Floris van Tol Florisz ende Claes Adriaensz, zwagers van Philips van der Does, elcx van hemluyden, ende horen erven een paer ouder zwanen te mogen houden in die wateren ende drifte van de Wale, om die te houden van Philips en sijne naesaten ambachtsheren. Ende dat oic Jan Boem Jansz, ambochtshere van heren Jansdam , dit aan Floris van Tol gegeven heeft, tot Heren Jansdam binnen die Wale ende anders tot synre woninge, hofstadt ende lande die hij in den dorpe van Heijn Idenambacht liggende heeft
1521-02-17 |
Genealogie v.d. Does Voorburg fol 140/Fam Arch Bredius
Jaartallenindex
Johan here van Wassenaer etc oorkondt "dat ick geoirlooft ende geconsenteert hebbe Heinric van der Does, schout van Leiden, te mogen setten en transporteren ½ hofstede metten helft van 18 morgen lands leggende in den ambacht van Leiderdorp, ende van mynen huyse van Zuydyc te leen gehouden wert, op zynen jongsten zoon Dirc van der Does" (vgl 1523-07-28)
1421-07-31 |
Genealogie v.d. Does Voorburg fol 50/Fam Arch Bredius
Jaartallenindex
ic Jan van Nes Dircxz van den Werve doe cond allen luden dat ick geconsenteert hebbe ende consentere voor mij myn.. nacomelingen Wilem Florysz en zijn nacomelingen alle alsulcken coop van lande als Willem Florysz in voirtyden gecoft heeft jegens den Burchgrave van Leyden, na luyt synen brieven, die hij daerof heeft. Welck land myn plach te wesen in den ambacht van Leiderdorp. Ende ick schelde quyt voor mij etc alle recht en toeseggen tot Willems behoef voirs. Ende gelyc my daeraf wel ende betaelt etc. In kennise der waerheyt soo hebbe ick Jan van Nes desen brief besegelt mit mynen zegel. Ende om der meere sekerheyt wille soo hebbe ick gebeden Simon van der Does, bailliu van der Hage, Andries Jan Bacxz, scout van Leiderdorp, en Geryt Paedze, myn swager, dat sij desen brief met my bezegelen willen
1488-03-26 |
Genealogie v.d. Does Voorburg/Fam Arch Bredius/Hof van Holland
Jaartallenindex
Philips van der Does contra Joost Adriaensz [Andriesz ?]; 1488-05-21: Philips contra Dordrecht en Joost Andriesz; 1488-09-23: Claes van Noorde contra Philips van der Does over een visserij te Oost Barendrecht; 1487-06-18: ambachtsheren van Zwijndrecht contra Philips van der Does over het bezit van "de Ronde Oort"
1493-02-16 (1492) |
Genealogie v.d. Does Voorburg/Fam Arch Bredius/Hof van Holland
Jaartallenindex
de procureur van de weduwe van mr Jacob Cruesing stelt dat Jacob Cruesing bij zijn leven leende aan Philips van der Does "in zijn grote nootsaecken" bij akte van condemnatie van het Hof, 65 £ gr Vls en dat hij daarvan nog 6 £ 8st 4gr Vls schuldig is gebleven; de procureur van heer Cornelis Cruesing, ridder, stelt dat hij als principael schout van Texel het voors schoutambacht voor 200 £ verpacht had aan Philips van der Does, die zijn pacht echter niet betaalde van 1491-11-01 tot 1492-12-24. Aelbrecht van Loo als procureur van Phillllips vraagt uitstel
1503-10-27 |
Genealogie v.d. Does Voorburg/Fam Arch Bredius/Hof van Holland
Jaartallenindex
compareert voor het Hof de procureur van Jan die Eedele van Rijsoort, die proponeert "hoe dat waer is dat seeckeren lange tijt geleden wijlen mr Jan van der Does en Jan die Eedele zyn vader in pachte genomen heeft gehadt den tijt van 25 jaeren lang gedurende sijn ⅛ deel van seeckere gorssen leggende butens dycx in Swindrecht, genoemt die Hogenesse, denselven eyssen nu toebehorende, end dat om die somme van 16½ R gld sjaars, van welcke uytgorssen Philips broeder van de voors. mr Jan een deel gebruyct en bezeten heeft". Dat eiser achter is met de betaling van de pacht 42st over 1501 en 16½ R gld over 1502. En hierenboven is dieselve wijlen mr Jan noch sculdich gebleven den waersman van den lande aldaer ter cause van de dykage de som van 5£ gr Vls. Dat de voors. Philips met een Cornelis Mathysz al het coren van dit land binnengehaald hadden zonder hem, eiser, iets te betalen. Hij eist nu betaling van 42st over 1501 en 16½ R gld over 1502 en 5£ voor de dykage
1514-11-22 |
Genealogie v.d. Does Voorburg/Fam Arch Bredius/Hof van Holland
Jaartallenindex
compareert voor het Hof de procureur van Philips van der Does, gedaagde, om te antwoorden op de eisch van Clais van Esch. Philips stelt dat hij in november 1507 de eiser vercoft heeft 100 morgen lands met de tienden, gorsen en blicken en met zeeckere moete in d'eerde gesayt tot 20 morgen aen saet en 20 morgen aen tarwe om seeckere groote somme van penn. Dat gebleken is, dat er 8 morgen te weinig waren, die jaarlijks 22 gld opgebracht zouden hebben, dat is dus over 8 jaar 176 gld. Dat er verder in t geheel geen zaad gezaaid was en niet meer dan 8 morgen aan tarwe, waar door gedaagde een schade had van 8 gld per morgen, dus over 20 morgen 160 gld. Dat er 12 morgen tarwe te weinig was, leverde hem een schade van 8 gld per morgen, dus over 20 morgen 96 gld. Dat ook de "blicken" niet opgeleverd waren zoals afgesproken, hetgeen over 10 jaar een schade van 157£ 10sc opleverde. Gedaagde eist op zijn beurt dus van eiser 669£ 6sc. Behandeling over 8 dagen. Op 1514-11-27 concludeert Cornelis Sael als procureur van mr Claes van Esch, dat de eis in reconventie van Philips van der Does niet ontvankelijk is, daar hij, eiser, willige condemnatie heeft op Philips. Dat hij echter na executie op deze reconventie wel wil antwoorden