13 resultaten

Bernhese, van | 1218~

De Fremery no 28, 48
Achternamenindex

Albert, heer van Cuyk, constateert giften door Albert van Dinther en Amelricus van Heeswijk, ridders, aan de abdij Berne geschonken. "Quidam Walterus de Bernehese habuit censualiter mansum ibidem (Bernehese) a domino Alberto de Dinthere pro dimidia marca annuatim, et ille mansus habuit duas falces in pratis juxta Lozebruc" ; (zie ook op Van Dinther); verder verkoop van een goed door de abdij, van heer Yuan van Hogesvort, beleningen aan Wouter van Bernhese en Heidenricus de Machare en nog een gift van Dirk graaf van Megen

getuigen: dominus Henricus pater meus, dominus Hubertus de Hesewic, dominus Bernier. testes voor Hendrik van Cuyk: me, filium suum Albertum, Albertum de Ossem Henricus de Splindere, Godenoy, Egene de Haren, Hermannum de Uden, Arnoldum fratrem eius, Macharius de Cheldunc

Cuyk, van | 1196

Noordbrabantse Charters p 16/De Fremery Suppl no 20
Achternamenindex

Albert van Dinther schenkt zijn landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek te Heeswijk aan de abdij Bern. Hier wordt melding gemaakt van een "sala" [herenhuizing] te Bernhese en een kasteel te Herpen. Albert en zijn zoon Hendrik van Cuyck bevestigen deze gift als leenheer, alsmede de gift van Almericus van Heeswijk die zijn landgoed mede te Bernhese gelegen, aan de abdij Bern geeft

Albert en Hendrik van Cuyk, Dirk van Herlaer, Hubert [lees: Herbaren] van Heeswijk, Willem graaf van Megen, Henricus de Batenborch, consobrinus domini Henrici

Herlaer, van | 1196

Noordbrabantse Charters bl 16/De Fremery Suppl no 20/Hermans: Ravestein 3e gedeelte 547
Achternamenindex

Albert van Dinther schenkt zijn landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek te Heeswijk aan de abdij Berne

Albert en Hendrik van Cuyk, Dirk van Herlaer, Hubert [lees: Herbaren] van Heeswijk, Willem graaf van Megen, Henricus de Batenborch, consobrinus domini Henrici

Dinter, van | 1196

De Fremery Suppl regest no 20/Hermans: Charters Land van Ravestein I p 545-548/Van Alen: Beschrijving van Grave/ Noordbrabantse Charters p 16
Achternamenindex

Albertus heer van Dinther schenkt aan de abdij Bern het landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek onder Heeswijk. Hier wordt melding gemaakt van een sala [herenhuizing] te Bernhese en een kasteel te Herpen van Albert en zijn zoon Hendrik van Cuyk, Dirc van Herlaer, Hubert de Heeswick en Willem graaf van Megen. Albertus van Cuk bevestigt deze gift alsmede die van Almericus de Heeswijk, die zijn landgoed ook te Bernhese gelegen aan de abdij Bern geeft

Heeswijk, van | 1196-05-13 - 06-04

Noordbrabantse Charters p 16
Achternamenindex

Albertus heer van Dinther schenkt aan de abdij Bern het landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek onder Heeswijk. Hier wordt melding gemaakt van een sala [herenhuizing] te Bernhese en een kasteel te Herpen van Albert en zijn zoon Hendrik van Cuyk, Dirc van Herlaer, Hubert de Heeswick en Willem graaf van Megen. Albertus van Cuyk bevestigt deze gift alsmede die van Almericus de Heeswijk, die zijn landgoed (curia) mede te Bernhese gelegen aan de abdij Bern geeft

Megen, van | 1196

Noordbrabantse Charters p 16
Achternamenindex

Albertus heer van Dinther schenkt aan de abdij Bern het landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek onder Heeswijk

Albert en zijn zoon Hendrik van Cuyk, Dirc van Herlaer, Hubert de Heeswick en Willem graaf van Megen

Uden, van | 1218~

De Fremery no 48
Achternamenindex

Albertus van Cuyk oorkondt giften door Albert van Dinther en Almericus van Heeswijk, ridder, aan Berne geschonken, van zijn landgoed Bernhese en het bos te Dinther

getuigen: Albertus de Osse, Henricus Splindere, Godenoy, Eugene de Haren, Hermannus de Uden en zijn broer Arnoldus, Macharius de Cheldunc

Dinter, van | 1196>

De Fremery Suppl regest no 21/Hermans: Charters Land van Ravestein I p 548, 549/De Fremery no 48
Achternamenindex

Albertus van Cuyk oorkondt giften door Albert van Dinther en Almericus van Heeswijk, ridder, aan Berne geschonken, van zijn landgoed Bernhese en het bos te Dinther [sterfjaar van de gever [welke?] gesteld op 1233]

Haren, van | 1218~

De Fremery no 48
Achternamenindex

Albert, heer van Cuyk, constateert giften door Albert van Dinther (voor het zieleheil van zijn vrouw Machteld) en Amelricus van Heeswijk, ridders, aan de abdij Berne geschonken. Verder koop van een goed door de abdij van heer Ywanus van Hogesvort, beleningen aan Wouter van Bernhese en Heidenricus de Machare en nog een gift van Dirk graaf van Megen

getuigen: dominus Henricus de Kuc, pater meus, dominus Hubertus de Hesewic, dominus Bernier; testes voor Hendrik van Cuyk: hijzelf, zoon van Albertus, Albertus de Oss, Henricus de Splindere, Godenoy, Eugene de Haren, Hermannus de Uden en zijn broer Arnoldus, Macharius de Cheldunc

Bernier | 1218~

De Fremery no 48
Achternamenindex

Albert, heer van Cuyk, constateert giften door Albert van Dinther, voor de ziel van zijn vrouw Machteld, en Amelricus van Heeswijk, ridders, aan de abdij Berne geschonken. "Inter circumcisionem domini et Epifaniam venerunt dominus Hubertus de Hesewic et dominus Bernier ad dominum Henricum de Kuc, paterem meum, in fine aggeris te Hesewic" etc. Verder kooop van een goed van heer Juan van Hagesoort, beleningen van Wouter van Bernhese en Heidenricus de Machare en nog een gift van Dirk graaf van Meyen

getuigen: mijn vader Henricus, Hubertus de Hesewic, dominus Bernier; testes voor Hendrik van Cuyk: zijn zoon Albertus, Albertus de Ossem Henricus de Splindere, Godenoy, Egene de Haren, Hermannus de Uden en zijn broer Arnoldus, Macharius de Cheldunc et omnes de familia sua