Coters | 1330-07-30

Cartul Marienweerd no 375

Achternamenindex

voor Arnoldus de Hoesden, Henricus de Werva en Wolterus Scaep, schepenen van Santbomel, verkoopt Albertus Audsccalc voor C lb aan de abdij Marienweerd 7 hont in Eynspijc, in de Zittert tussen Marienweerd en heredes Baudekini [van den Rijn?] filii Coters de Hellu

borg: Sander Audscalc

Hellu, van | 1330-07-30

Cartul Marienweerd no 375

Achternamenindex

voor Arnoldus de Hoesden, Henricus de Werva en Wolterus Scaep, schepenen van Santbomel, verkoopt Albertus Audscalc voor 100 £ aan de abdij Marienweerd 7 hont in Eynspijc, in de Zittert tussen Marienweerd en heredes Baudekini [van den Rijn?] filii Coters de Hellu

borg: Sander Audscalc

Rijn, van den | 1330-07-30

Cartul Marienweerd no 375

Achternamenindex

voor Arnoldus de Hoesden, Henricus de Werva en Wolterus Scaep, schepenen van Santbomel, verkoopt Albertus Audscalc voor 100 £ aan de abdij Marienweerd 7 hont in Eynspijc, in de Sittert tussen Marienweerd en de erven Baudekini [van den Rijn?] filii Coters de Hellu [vgl 1330-07-03]

borg: Sander Audscalc

Audschalc | 1330-07-30

Cartul Marienweerd no 375

Achternamenindex

voor Arnoldus de Hoesden, Henricus de Werva en Wolterus Scaep, schepenen van Santbomel, verkoopt Albertus Audscalc voor 100 £ aan de abdij Marienweerd 7 hont in Eynspijc, in de Sittert tussen Marienweerd en de erven Baudekini [van den Rijn?] filii Coters de Hellu, en 9 hont en 28 pertic grond in Cortehoeven tussen Marienweerd en de heer van Asperen

borg: Sander Audscalc

Kyfhoek, van | 1407-04-20

R.A.H. Coll Aanw 53 fol 285v/Nibbelink no 111

Achternamenindex

Florijs van Kyfhoeck beleend met de lenen van Arkel: 1)eijndekenweerts in der Merwede jegens Scalunresloet; 2) 15 morgen bij Rietvelt , die Bouwinghe; 3) 2 hont in Evert Coters land; 4) 11 morgen in Leerbrouck en Mourissen waren; 5) 5 ½ morgen in Leerbrouck ende Boudijns Wilden waren; 6) 4 morgen aldaar ende Godekijn Scobbinc plach te bruken; 7) 13 hont op Brunincsdelle voor den Hage; 8) 6 morgen in Nyelant dat Borchleen; 9) 6 morgen in Nyelant en Dirc Volkijns waren; 10) 5 morgen op Oesterwijck ende heren Jans van Kervenem waren

Voorde, van | 1475-06-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 228v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Vrederick van Voirde wordt na dode van zijn vader Goessen van Voirde beleend met 1) het goed ten Voirde, belend oost, zuid: de stad Amersfoort, noord: Jan Smeetscamp, west: jvr Belije, die vrouw was van Bertholomeus, "ende miiter pangelinge soe den ouden Vrederick van Voerde die gepanghelt heeft tegens Lambert van Lielaer. Ende voirt mit allen sinen rotslagen ende toebehoren, mit synen coters ende waerscap"; 2) ¼ deel van een stuk land dat de oude Vrederick toegekend is tegens Claes Bannenz, gelegen aan Lielaer enge en voor den Gheijn; Vrederick wordt ermee beleend tot een goed onversterfelijk erfleen: "item nu Goesen sijn soen"

mannen: Vrederick uten Ham, Jan die Coninck

Voorde, van | 1437-07-12

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 130, 151

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Willem van Huekellem oorkondt dat Vrederick van den Voirde hem opdroeg: "1) het goet then Voirde, belend oost, zuid: de stat van Amersfoert, noord: Smeetscamp, west: jvr Belya die Bertelmeus wijf placht te wesen, "ende mitter pangelinge zoe Vrederic voers. die gepangelt heeft tegens Lambert van Lienlaer, ende wirt mit allen sinen vuytslagen en toebehoren, mit sinen coters waerscappen, 2) dat ¼ deel van een stuck lants alsoe als dat Vrederic toe gekent is tegens Claes Banne zoe als dat gelegen is aen Lielaer enge ende voer den Gheijne"; vervolgens wordt Goesen van den Voirde Vredericsz ermee beleend tot een goed onversterfelijk erfleen; 1452-10-13: belening met de ledige hand van Goessen van Voirde naar inhoud van zijn leenbrief dd 1437-07-12

mannen: Zoude van Rijn, Aelbert van Baern