6 resultaten
Ris | 1694-07-09
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv 51
Achternamenindex
lijfrenten kantoor Medemblik: Pieter Jansz Ris, 200 gld ten lijve van zijn dochter Griet Pieters, oud 25 jaar, daar moeder af is Eef Gerrits, fl 18
Ris | 1744-02-15
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv 51
Achternamenindex
losrenten kantoor Enkhuizen: verschijndag 1746-03-05, Jacoba Ris, fl 500 - fl 20; 1747-02-20/1748-03: Jacoba Ris Pietersdochter fl 2000 - fl 140, afgeschreven 1768; 1749-04-19/1750-05-01: idem 2x fl 1000 - 2x fl 30; 1749: loterij Enkhuizen: Jacoba Ris, fl 1000 - fl 40
Ris | 1781-01-16
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv 51
Achternamenindex
losrenten kantoor Enkhuizen: verschijndag 1782-03-01, Jacob Ris fl 2000 - fl 80; Dieuwertje Ris fl 500 - fl 20
Ris | 1346-06-01
Bijdr Hist Gen jg 1901 p 247/Reg EL 5 fol 64
Achternamenindex
lenen ontvangen van keizerin Margaretha in de baljuwschap van Vriesland, in Veenhusen: - Yve jonge Herkenz vanwege zijn vrouw [Simon Voppenzsdochter), 1 huis en 2 morgen in de Hem, belend west: Zinart Rissen, oost: Han Ovekenzs kind (volgt een brief dd 1336-06-15)
Keetman | 1625
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv no 51
Achternamenindex
200e penn Medemblik: Ris Cornelis Ketmansdochter fl 1000 - fl 40, afgelost 1764-12-20
Gier, de | 1593-01-08
R.A. Arnhem Arch Ammerzoden Inv no 3, 7, Recht Arch no 2
Achternamenindex
Adam Dirksz gevolmachtigd van de weduwe van Gerrit van Gobinen doet zijn 4e klacht op en over Jan de Ghier en zijn vrouw Adriaentken; Jan de Ghier als man van Adriaentken doet zijn anderde klacht op en over Jan Diercks de Kau. Op 1594-04-10 heet hij Jan de Ghier Petersz; 1600-11-24: in de zaak van Jan de Ghier als man en momber van Adriaentken Hacken, eertijds vrouw van wijlen Frederick Jansz, aanlegger ter ener zijde en Dieuk Woutersz voor hem zelf, zijn moeder, zijn broer en zusters ter andere zijde, eissende de aanlegger de erfenis van zekere 13 hont land gelegen in de heerlijkheid van Ammersoyen, geheten het "ris kampken weyde" ; 1592-01-10: Johan de Ghier als momber van Egen de Ghier, kinderen van zijn broer, klaagt Gerrit Henrichsz aan wegens achterstallige tijns