Roij, die | 1553-06-16

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl V Dossier 459 sub RN

Achternamenindex

Aernt die Roij Ghysbertsz, poorter van Gorinchem, stelt zich borg aldaar voor Jan Teny/g

Roij, de | 1593-11-10

Ms Opstraeten v.d. Molen III fol 1523/Gaasbeek

Achternamenindex

Jan Joosten in tVeen, door opdracht van Anthonis de Roij, die nederste helft van 1 ½ houve veens in Elsterveen

present: jonker Johan Ruijsch, Goort die Roij

Slingeland, van | 1633-1634

Inv Rijks Arch jg 1930 III p 6

Achternamenindex

brieven van Haesken Govertsdochter van Slingelant en Jenneken de Roij te Gorinchem en Johan van W….. te 's Gravenhage aan Joost van Zijll betreffende betaling van het geld, aan zijn overleden vrouw en schoonmoeder geleend

Broeck, van den | 1458-07-24

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 152, 472

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gheryt van Broeck heeft opgedragen een tienden geheten Wolfswijnckel gelegen te Scherpenzeel, en Henrick Quint Jansz heeft dit ontvangen tot een Zutfenschen rechte, op 2 mud rogge en 1 mud garst per jaar; "dit heeft zijn zoon Willem Quint"; 1481-09-03: Willem Quint Henricsz bepaalt dat wanneer hij kinderloos overlijdt, de tiende geheten Wolfswinckel, Roij van winckel, Berchorst en Heijngenscamp, zal komen op zijn zuster Thonis of haar erfgenamen, behalve 2 mud rogge en 1 mud garste, Amersfoorter maten, alle jaren te betalen aan de abdij

mannen: Claes van Triest, Hubert Vonck; 1481: Johan de Coninck, Henrick van Rynghenberghe

Quekel | 1461-09-30

Carth in Raamsdonk Cartul 1518 fol 4v

Achternamenindex

schepenen in Gorinchem oorkonden dat jonge Ghysbrecht Quekel heeft overgedragen aan het convent van Oesterberghe in de heerlijkheid van Teclenborghe in de Crysdom van Oessenbrugge, een vrij eigendom van een uterweerd in het land van Arkel, Spaensenghe geheten; oude Gysbrecht Quekel met zijn zoon beloven om deze weerd "te waren en te vrijen"; hij neemt de waard in erfpacht voor 20 gouden R gld, die Gysbrecht betalen zal binnen Zwolle in het huis van heer Dircx van Harixen, daar de Carthuisers nu ter tijd in wonen

schepenen: Jan die Roij en Henrick Muijl Govartsz

Kedichem