Voorne, van | 1162-1190

v.d. Bergh I no 171

Achternamenindex

graaf Floris III geeft tolvrijheid aan de kerk van St Michiel te Antwerpen

zegels van zijn vrouw Ada, Hugo de Hislemunde, Florentius de Vorne en Hernest pueri

Voorne, van | 1162-1190

v.d. Bergh I no 168

Achternamenindex

graaf Floris III [stierf in 1190] geeft vrijdom van van belastingen voor 40 gemeten in Zuidbeveland aan de abdij ter Does

getuigen: Hugo filius Florentii [de Vorne ?], Theodericus de Vorren, Kerstans, dapifer, Hallin, capellanus en zijn broer Franko

Voorne, van | 1190<

v.d. Bergh I no 170, 248, 196, 147

Achternamenindex

graaf Floris III geeft tolvrijheid aan de abdij ter Does; 1204-04-16: graaf Willem I bevestigt dat 400 gemet land in Zuidbeveland behoren aan de abdij, vrij van lasten en neemt de abdij in bescherming; 1193-1203: idem, getuigen o.a. Hugo dominus de Forren, miles, en zijn broers Theodericus en Bartholomeus

getuigen: zijn zoon Thiedric, Hugo de Forren, Tiedric et Hugo filii Jonis, Cristantius dapifer, Hugo et Thiedric filii Waszonis [Slabbard ?], Wilhelmus filius Duvae, franco capellanus; 1204: Hugo de Vorren en zijn broer Theodericus, Betto filius Bertold [Berthoud], Arnoud filius Witte Willems [v.d. Bergh leest: Wittenwiller], Reinerus filius Simonis

Voorne, van | 1173-07-25

Oorkbk Sticht Utrecht no 476

Achternamenindex

Willem van Voorne en zijn dochter Hedwig stichtten de kerk van de abdij Oudwijk [Oudkerkhof te Utrecht], bij de inwijding schenken ze goederen aan deze kerk, waarvan een deel bestemd is voor de jaardag van zijn broer Walonis [Willem], voor heer Everhard en hun eigen memorie; goederen: - 1 mansum bij Marre versus Rhenum, - bij Veteri Cymiterio [Oudkerkhof] 6 uncias, 40 talenta uit land in Horstwerde [Kortenhoef] en 4 jurnalia juxta claustrum en 6 jugera in Altwyca

Voorne, van | 1174-09-08 - 24

Oorkbk Sticht Utrecht no 481

Achternamenindex

bisschop Godfried neemt de advocatie over de abdij Oudwijk op zich, onder de getuigen: Guillelmus de Vorne en zijn zoon Gerardus, ministeriales (Gerardus ook getuige: 1177-09-24<, 1196-04-30>)

Voorne, van | 1294-01-31

Van Mieris I p 558

Achternamenindex

Jan, bisschop van Utrecht, maakt het dorp Geyn tot een stad, onder de getuigen: Willem van Voorne, ridder

Voorne, van | 1294-10-25

v.d. Bergh II no 888, 1034

Achternamenindex

verscheidene Stichtse edelen verbinden zich de graaf van Holland op zekere voorwaarden te helpen, behalve tegen de bisschop van Utrecht "wes dienstmannen wij sijn", en tegen de heer van Voorne "want wij sijne mannen sijn", o.a. Willem van Voerne, ridder; 1298-06-24: zoenbrief met graaf Jan I: o.a. Willaem van Vorne, ridder

Voorne, van | 1200

v.d. Bergh I no 186

Achternamenindex

het kapittel van Oudmunster te Utrecht geeft haar goederen te Poortvliet [Tholen] in erfpacht aan heer Hugo de Vorne, voor een pacht van duabus marcis; vidimus van 1308, genoemd leden van het kapittel van Oudmunster (niet opgenomen)

getuige voor het kapittel van St Salvator: Bartholdus, prepositus de Aldenzele; 1209: Bertoldus, prepositus de Oldenzele (Cartul Marienweerd no 21)

Voorne, van | 1204-12-31

v.d. Bergh I no 198

Achternamenindex

Lodewijk graaf van Loon verdraagt zich met Philips graaf van Vlaanderen over Holland en Zeeland, verdeling van de gebieden: oa Hugo de Vorne draagt zijn huis en land te Portflit op aan de graaf van Vlaanderen, die het in leen uitgeeft aan Philips markies van Namen, die het weer beleent aan Hugo van Voorne; als Ada van Holland vrouw van Lodewijk zonder kinderen zou overlijden komt Walcheren weer aan de graaf van Vlaanderen

onder de getuigen: Hugo van Voorne

Voorne, van | 1206-10-14

v.d. Bergh I no 206

Achternamenindex

Philips markies van Namen verdeelt als ruwaard van Vlaanderen, Holland en Zeeland tussen Willem I graaf van Holland en Lodewijk graaf van Loon: 2) assignavit dominus Philippus Scarpeness, Duvelant, Stavenees et Drieskirc et domini Hugonis de Ostforne et de Westforne; 3) tota vero alia terra ex hac parte Moisae, remanet in partem domini Wilhelmi; 4) Hugo de Vorne tenet apud Appenbruech [Abbenbroek] et castellarium de Zelandia, et omne quod tenet infra insulas, quae assignatae sunt domino Wilhelmo tenebit ipse Hugo a domino Willelmo, et inde exipruntur quartuor insulae [Scherpenisse, Duivelant, Stavenisse, Dreischor] supradictae comiti de Los assignatue

Arnulphus comes Ginnarum, Wilhelmus advuocatus Bethuniensis, Joannes castellanus Brugensis, Wilhelmus castellanus S Audomari, Arnulphus de Aldenarda, Theodericus de Beverna, Sigerus castellanus Gandavensis, Walterus Bertoldus, Walterus de Sothenghem, Bernardus de Rosbais, Gerardus de Audemborch, Egidius camerarius Flandriae, Hugo de malo Alneto, Daniel de Curtraico, Egidius de Odenghem