Bouchorst, van der | 1425-12-15

Inv Arch Kerkvoogdij St Bavo Haarlem no 186 fol 57 regest 80/Cartul Zeven Getijden Haarlem
Achternamenindex

Vranck van der Boechorst oorkondt: want ick mij bekenne ende belije wel voldaen ende vernuecht van zulker medegaven ende gelooften als my Dirc van Bakenesse mijn zweder mit Katrynen zijnre dochter, mijn wittachtig wijf in huwelixen voerwaerden toegeseit, bezegelt ende geloeft heeft mit sulken goede als hierna gescreven staen die ic daervoer eygentlick hebben ende gebruycken zal: 1) bij der stede van t s Gravenzand ⅓ deel van 10 morgen lands leggende gemeen met Bertelmeeus Geryt Florysz.z die deselve ⅔ deel v.d. lande voers. toebehorende is, 2) ½ van 8 morgen lands in den Poeldyck ende op deze tijt in huerware hebben Mouwerijn Philipsz erfgenamen, 2) te Catwijc 1½ morgen lants leggende achter Heynric Hermansz woninge, mijns zwagers, op die Bilt, 2) noch aldaer bij den duufhuse twee ackeren lants geheten Jouffer Beatrijsen lant, 3) noch daarbij omtrent ½ morgen lants geheten Aechte Heymans acker, 4) omtrent 1 morgen lants in die Noordt nesse, 5) achter Lisse aldaer in die Noordtveen van Amelgairs veen, daer sijn boede op staet tot Hillegommerbeeck waert mit dubben ende laechten daer in gemeten ende gerekent omtrent 6 morgen veens 2½ hont ende 4 gaerden, dat op elke morgen van den voors. veen staat sjaars 12 penn. heren gelts ende is hofpacht. Vranck erkent hiermede door Dirc van Bakenesse, zijn zweder, voldaan te zijn

niet gecoll. Zie fiche; St Bavo Haarlem