Beest, van | 1436-12-07~

Mem Rosa I-III p 358 no 689
Achternamenindex

Jan van Beest heeft zich met een supplicatie bij de Raad beklaagd dat Jan van Gellicum hem "ontbruect" heeft een stuk land, dat hij met brieven van de grafelijkheid in pacht had. daarna is hij door Jacob van Nyekerk gepand, omdat hij de pacht van dat land niet betaald had. Jan van Gellicum verantwoordt zich met te zeggen dat hij niet meer land gebruikt dan dat hij van de hertog van Gelre had. De Raad beslist, nadat in de waarheid bevonden is, dat het door Jan van Gellickom gebruikte land behoort tot hetgene dat Jan van Beest gepacht heeft, dat laatstgenoemde van het land dat hij niet gebruikt heeft, geen pacht schuldig zal zijn