Haemstede, van | 1502-03-22

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 369, 470/Beroepen Holland no 968 schrifturen
Achternamenindex

a) Witte van Haemstede, Jan Cornelisz van Dreischor, Pieter Thonisz Laurettez en Cornelis Jacobsz contra baljuw en schepenen van Duveland en van Capelle en Anna van Bourgondië; b) Anna van Bourgondië contra Witte en Aernt van Haemstede, eerste aanleg: op de eigendom van enkele uytgorsen op Duiveland, die Witte aan Jan Cornelisz c.s. had verpacht, maakte Anne aanspraak, zij eiste dat de pachters de pacht aan haar zouden betalen. Voorlopige regeling getroffen totdat ten petioire zal zijn beslist