1336-02-24 |
R.A.H. 516 B fol 20/Leenregister Egmond B fol 18
Haarlem Algemeen
[volgens Kort: 1336-01-31] Jan van Egmonde, ridder, oorkondt dat [hij beleend heeft] Jan Barthout mijn neve alle sijne huijsinge alsoo als hijse beseten heeft met dien landen dat daertoe behoort ende gelegen is tusschen de heer van Brederode an d'eene zijde ende Nanne Gijsbertsen aen d'ander sijde, uytgaende aen Delft ende an de grote wege. Sterft hij zonder wettige geboorte, zoo zou dit leen komen op Boudewijn Jan Barthoutszoon den bastaert, en na diens dood op zijn oudste zoon of dochter. Nota: dit hout nu ende is verlyt Dirck van Tetrode Jansz die een regte voogd ende leenvolger is van Seger Ysbrantsen, daer dese goede op komen zyn in deser maniere dat Dirck de voorn. Segher houden sal van eten, drincken, clederen, schoenen als redelyck is zyn leven lanck van de voorn. goede, want hij hem zelf niet regieren can