1419-03-29 | Bodegraven
Arch Grote Gasthuis Haarlem Inv no 38/1 no 166/St Elisabethsgasthuis
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat Symon Hughe Jan Bairtoutsoensoen van Assendelf geliede dat hij vercoft heeft aan de gasthuismeesters te Haarlem, ΒΌ deel van 12 morgen lands gemeen met Pieter Roeper en met Willems weduwe van Adrichem ende horen kinderen, daer Vriese Dircsz nu ter tyt op woent. Welc lant gelegen is in den ban van Bodegraven, ende hebben belent oost: Pieter Roeper, west: dat smale weer ende jvr Kenegont met haren kinderen. Vervolgens doet Alijt Symon Scoutendochter met haar man en momber Symon Hugezoen afstand van al haar recht op dit land. Vervolgens geeft Symon Hugesoen over den brief waarmee hij dit land verkregen heeft van Pieter Geryt Andriesz.z. (vgl 1450 St Jansdach Baptist te Midsomer)
Jan Wouter Symonsz.z en Doeve van Riedwijck, schepenen