1509-08-06 | Tetrode

Bissch Oud Arch Haarlem 7 kl A/1 30/Cartul St Michielsklooster Haarlem fol 27
Haarlem Algemeen

Gherijt van Schoten oorkondt dat ick om zonderlinge gunste ende liefde die ick hebbe tot mijne lieve nichten Katrijn Jansdochter en Adriaena Jansdochter, gesusteren, geprofessijt in den convente van St Michiels binnen Haerlem ende om andere redenen ende saecken mij dairtoe porrende, gemaict, gegeven ende besproken hebbe etc in enen rechten testamente tot enen vrijen eygen den convente van St Michiels: eerst een hofstede gelegen tot Tetrode, in sulken schijn wijlen mijn oem Jan Jacopsz die achtergelaten ende geruijmt heeft mitter doot, geldende nu ter tijt 15 R gld sjaars. Ende daertoe alsulcke somme van penn. bij der voirn. Jan Jacopsz achtergelaten, als tselve convent opgebuert ende ontfangen heeft. En dat voor een eeuwige memorie, die de pater, mater en gemene zusteren in den voors. convente alle jaer doen sullen voor de ziele van de voirs. Jan Jacopsz ewich gedurende. Bezegeld door hemzelf en door leenmannen van de grafelijkheid

zegel van Gheryt van Schoten (1 en 4: leeuw en 2 en 3: een kruis), Cornelis Bolle van Zaenden (rechterschuinbalk)