1420-03-27 |

G.A. Haarlem N 184 fol 48/Cartul Leprooshuis
Jaartallenindex

Dirrick Gherytsz oorkondt dat hij aan Haestgen Dirricksdochter, zijn lieve oude moeder, kwijtgescholden heeft dat sij mij ghegheven of consent die sij daertoe ghegeven had, leggende in Utgheesterbruijck, als die brief daerof inhoudt, om een somme van gelde als sij mij gheloeft heeft op eenen zekeren dach met eenen brief bezegeld met Jan Aelbertsz, scout van Wessanen zegel bezegelt. Want van natueren alle gueden sculdich te gaen al daer van sij ghecomen zijn, daarom geeft hij na zijn kinderloos overlijden aan Haestgen of haar erfgenamen voorn, 50 Eng nobels uit zijn erfenis. Daar hij zelf geen zegel heeft, verzoekt hij Jan Aelbrechtsz, scout van Wessanen ende Crommenie, voor hem te zegelen

in teghenwoordicheyt van Aelbrecht Claesz, Vredrick Claesz en Vredrick Dirricxz