1596-10-14 |
Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 885/Berckenrode (Burch)
Jaartallenindex
schout en geswoorens in den ambacht van Ryswijc oorkonden dat jhr Henrick van Berchenroede, Jacob Snouckaert, Jan Cornelisz Noorthollander, elk voor henselven, Joris Lourisz en Adriaen Jaspersz Cleij als meesters van de H. Geest te Rijswijck, verklaren de de voorn. Berckenroede hadde 12 morgen 3 hont lants, Snouckaert 7 morgen, Jan Cornelisz 1 morgen 1 hont, de H. Geestmrs 1 morgen 1 hont leggende gemeender voor en gemeender aerde in 11 weeren lants in seecker wooninge genaemt Schuijlenburch in den ambacht van Ryswyck. Na meting bleek de grootte 21 morgen 94 roeden, zodat er 4 hont 6 roeden tekort was. Zij besluiten tot een nieuwe verdeling (niet overgenomen), belend oost: landen toebehorende aen t huijs te Werve, zuid: die buijrpadt, west: die landen toebehorende Dirck Jansz c.s, noord: die broucksloot.
Andries Simonsz van der Vries, schout, Cornelis Aerntsz en Mathys Dammasz, geswoorens in den ambacht van Ryswijc