1447 |
Ms Opstraeten dl III fol 1188
Jaartallenindex
Johan van Broechuijsen Dircsz, schout in Nederlangbroec, van wege heren Gysbert broeder tot Brederode, tot Vianen, domproost en proost tot Oudemunster te Utrecht, oorkondt dat jvr Geertruijt die Jan de Ridders wijf was, Henrick de Ridder, Willem de Ridder en jvr Gijsbert hare kinderen, ende begeerden eens oordels off den vrijen eygendom van den lande: 1) 20 morgen gelegen in het voors. gerecht in de 40 hoeven te Goye waert, van de broeckwetering in de Goyerwetering, 2) 10 morgen in de 40 hoeven, streckende ut de Broeckwetering in de Hoeftwetering, belend boven: Henrick de Ridder van Sandenburch, beneden: Genrick de Ridder met leen van Gaasbeek, 3) 6 morgen in de 40 hoeven, uit de Broeckwetering in de Hooftwetering, 4) 4 morgen in de 30 hoeven, uter broeckwetering ter hoeft weteringe waert, belend boven: Willem van Boechouts erfgenamen, beneden: Jan van Broechusen Aerntsz, gehouden van Gaasbeek. Vervolgens krijgt Johan de Ridder, haren soon en broeder, den vrijen eygendom van alle landen
met zegels van Jan van Broechusen en Lubbert van Baern