1536-12-12 |
R.A.H. Coll Aanw 246 fol 233/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
alsoe Franchoys van Wena heer van Gysenburch op zijn te kennen geven van den Hove onlancx verkregen heeft zeeckere besloten brieven, adresserende an Jan van Outheusen op die tijd dijkgraaf van de Alblasserwaard, bij denwelken denselven Jan bevolen was niet te procederen tot versoucke van Bouwen Oem heer van Papendrecht tot uytlegginge ter cause van een rentebrief van omtrent 70 schilden per jaar die deselve Bouwen Oem heeft op die heerlycheyt Gysenburch, maer te supersederen van te procederen tot vuytlegginge, tot de voirs. Jan van Outheusdens antwoerde gehoert, anders geappoincteerd soude syn. Op welke brieven Godschalk van Oudheusden, alsnu dijkgrave van de Alblasserwaard ende oick zijn broeder antwoerden gegeven ende gescreven hebben ende dairby den Hove verthoont dat die kennisse van desen saecke behoerden den dyckgraaf in der tyd wesende, ende dat sulcx in voortyden diverse proceduren op tie voors. goeden ende renten die verlicht ende subject zijn der materie van dyck..adge gehouden zijn geweest. Dit antwoord is aan de advocaat van Ghyssenburch in copie gegeven, doch deze wist er niets op te zeggen. Daarom staat het Hof aan de dijkgraaf van de Alblasserwaard toe te mogen procederen niettegenstaande het verbod in de besloten brief gedaan