1539-03-05 | huis ter Huele

R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Woerden, Sticht fol 24
Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Joost van Ratingen als vader en voogd van Gerrit van Ratingen een accoord gemaakt had met de broer van zijn vrouw Jan van Rutenburch, en droeg op aan Jan Meeusz: dat huys ter Heuele met 26 morgen land, Hollands leen, onder conditie dat dit leen belast blijft met een erflijke losrente van 10£ gr Vls, ter losse 1000 gouden Kar gld, terwijl Jan van Rutenburch en zijn kinderen hun alimentatie daaraan mogen behouden. Jan Meeusz zal de 10£ niet mogen lossen tijdens het leven van Jan, tenzij met consent van Joost van Ratingen of diens kinderen, de rente komt evt op de kinderen van Joost van Ratingen bij wijlen jvr Janne van Rutenburch. Na de dood van Jan Meeusz zal het huis ter Huele komen voor de helft op zijn tegenwoordige huisvrouw Geertken Aerntsdochter, haar kinderen of actie van haar hebben, en de andere helft op zijn erfgenamen, als gecoft leen te vererven

Joost Sasbout, Raad ordinaris des keizers, Jacob de Jonge, heer tot Baartwyk, Raad des keizers en meester van de camer van de reeckeninge, Cornelis Barthouts, leenmannen van Holland