1539-10-26 |
R.A.H. Coll Aanw 121 Caput Z.H. fol 87-89
Jaartallenindex
René van Chalon ende Nassau, bij der gratie Gods prince van Orangien, grave van Nassau etc oorkondt dat hem wegens zijn occupatien in dienst van de keizer niet mogelijk is naar Holland te reizen om aldaar zijn lenen te verheffen, en dat hij volmacht geeft aan heer Johan an Renesse, heer tot Malle, ridder, onse drossaart van Breda, om dat namens hem te doen, en te verheffen de heerlijkheden, landen en toebehoren van de Leck en Polanen, de stadt, slot, land en heerlijkheid van Heusden, de heerlijkheid van de Laage Swaluwe en andere lenen (vgl 1539-11-05)
hij ondertekent zelf en heer Laurens Dublioel, eer van den Sart, ridder, zegelt voor hem