1545-01 |
R.A.H. Coll Aanw 250 fol 273-281v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
supplicatie van Adriaen Nannincsz, schout van Alckmaar, die bij zijn ambtsaanvaarding in deze periculeuse tijd de stad in grote overlast bevonden heeft van vagebonden, verlopen crijgsluiden, anabaptisten etc. Om deze baas te worden had hij op eigen kosten 4 of 5 dienaars moeten aannemen, zodat de stad in korte tijd van al dat gespuis bevrijd was. Op St Annendach 1544 was hem echter bericht dat savonds om 7 uren wijlen Anthonis Zegersz, dienaar van de suppliant, en Andries Pelgroms malcanderen grievend gequetst ende gewont hadden, en dat de vier broers van de voors. Pelgrom, te weten Claes Oly, Zijvert, Tinne en jonge Claes, mitsgaders Kors Jansz, dienaer van de voors. Andries, gelikelijk vuytgecomen waren elx met geweer, ende met hemluyden Jacob Jansz Col, krijgsman, custumelyk dronken met een tinnen can in de hand. Zij sloegen Anthonis neer en achtervolgden hem. Hij werd met 5 quetsuren gedood. De aanvallers wilden zich toen keren tegen de schout en zijn dienaars. Toen zij de schout op het Payglop bedreigden met bussen en brandende lonten, dat hij de voors. Jacob Jansz Crol neergeslagen met zijn zwaard, zodat deze 8 dagen later gestorven was. Diens verwanten hadden toen een klacht ingediend tegen de schout, die voor het Hof gedagvaard was. De dagvaarding tegen 19 januari had hij echter door afwezigheid niet in handen gekregen. Hij verzoekt absolutie en pardon, zo hij iets misdaan mocht hebben. Het Hof verleent hem die en herroept ook alle dagingen. Hij zal echter de klagers moeten satisfactie doen en de kosten van justitie betalen