1530-06-04 |

R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 196-198v, 197v
Jaartallenindex

Josyne gravinne van Hollant [! Virnenburg], van der Marckt, van Arenberge, huisvrouw van grave Coene van Vryenburgh heer van Soombreeff, oorkondt dat zij volmacht geeft aan Adriaen van Dama, Fop Willemsz en Willem Pietersz, onze procureur en speciaal boden, om voor de stadhouder van lenen over te dragen tbv jvr Helena Taeijs, huisvrouw van Gerrit heer van Poelgeest, van Hoogmade, Couderkerk etc. de somma van 85 gld (20st voor de gulden) eeuwige erfelijke rente per jaar, totdat deze gelost zal zijn met de penning 20 of 1700 gld, onder verband van alle goederen van Naeldwyck. Ook Josynes ouders zullen deze rente te allen tyde mogen lossen, onder voorwaarde dat jvr Helena haar weer op zal dragen haer goet van Sart zoals zij van myn voors. here de abt [!] in leen houdt, gelegen in Was [?] Brabant; akte door beiden ondertekend. Op 1531-06-01 wordt jvr Helena Taeys met deze rente beleend. Haar man Gerrit van Poelgeest doet de eed. Willem Pietersz Criep was hierbij opgetreden als procureur voor jvr Josina en haar man

Floris van Assendelft, heer van Goudriaen, Jacob Coppier, Cornelis Barthouts