1530-09-09 |
R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 82, 84, 85
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat gecompareerd is Maerten Boll Jacobsz en opdroeg tbv zijn zoon Jacob Boll Maertensz een schrootambacht en zoutmaat binnen Dordrecht. Sterft de zoon vóór de vader dan zal dit leen op de vader terugkeren en op niemand anders. Daer Maerten zelve niet reysen en mach op dese tyt, verzoekt hij op deze wyze zijn zoon hiermede te belenen. Hij verzoekt Jan heren Willemsz, nu ter tijt burgemeester van Dordrecht voor hem te zegelen. Op 1530-09-26 beleent Karel Jacob Boll Mertensz met dit leen. Daar hij onmondig is, doet zijn grootevader Jacob Adriaensz van der Wiele [schout van den Hage] de eed voor hem. Op 1553-06-15 doet mr Jacob Boll Mertensz zelf de eed
de grave van Hoochstraten (Anthonis van Lalaing), stadhouder generaal, Staets Govertsz, Jan Boll Jacobsz en Wouter Boll Jacobsz, leenmannen van Holland; 1553-06-15: Cornelis Barthoud Jansz, Willem Jansz, Jan Obijn, Job Jansz, leenmannen