1534-04-22 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 108v
Jaartallenindex
Karel beleent Anthuenis van Doernick na dode van zijn broeder Jan van Doernick met: 1) 1/12 deel van alle heerlijkheden, ambachten en tienden van den lande van Vosmaer, ende daertoe alle erve en vroonlanden als Helmich van Doernick daerinne bedyckt heeft gehad, of hier namaels bedyckt zal worden, uytgesceiden alsulcke 42 gemeten vroonlants als Jan van Doornick, des voors. Anthuenis oudevader, daeruijt vercoft en overgegeven heeft Claes Jacob Berthelmeusz.z en Dammas Symonsz, en uytgenomen ¼ deel van 1/12 deel van de voors. heerlijkheid van Vosmaer, die wijlen Jan van Doernick, des voirs. Anthuenis brueder, vercoft en overgegeven heeft gehad Frederik van Renesse heer van Malle in den jare 1515 l.l, uitgenomen alleenlyck de tienden van Oude Vosmair. Tot een onversterfelijk erfleen; 2) 13 gemeten vroonland in de heerlijkheid van Vosmer, oost: Pieter Pietersz, zuid: Pieter van Dalem, west: die kerckstraet en wech, noord: de dijck an de kerckenpolder, 3) 9 gemeten vroonland, oost: de erfgenamen van heer Adriaen van Treslong, zuid: die lange wech, west: Jan Willemsz, noord: Pieter van Dalem, 4) 14½ en een half quartier gemeten vroonland, oost: Jan Willemsz, west: de kerckstraet en wech, zuid: Gillis Danckaertsz, noord: die lange wech, 5) 5½ gemeten vroonland, oost: die kerckstraetwech, zuid: hij selve, west: dat Spadelant, noord: de erfgenamen van heer Adriaen van Treslong. Te houden tot een onversterfelijk erfleen
Cornelis Barthout Jansz, Willem Pietersz Criep, leenmannen