1535-02-19> |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 288, 263v, 264v
Jaartallenindex

Karel oorkondt dat Roeland van Heemstede heer van Liesvelt, ter uitvoering van zeker contract (dd 1535-02-19) opdroeg tbv zijn oom Franchois van Heemstede, de navolgende lenen: 1) het slot en huijs van Liesvelt metter hofstede daer t op staet, ende die landen daartoe behorende. Met 6 morgen lands daaraan gelegen in Gelkenesse, 2) die heerlykheit, hoge- en lange van ½ der stede van den Niepoort, daer heer Rutger van der [Boetzelaer ?]... de akte breekt hier af; fol 263v: om zijn schulden te betalen verkoopt Roeland aan zijn oom heer Franchois: 1) het huys, slot, hofstede en heerlykheid van Liesvelt met hoge en lage jurisdictie, nederhof, huysraet, geschut, harnas en wapen daerop synde, alle meubele goeden den huyse toebehorende. Gelkenes, Ammers Gravelant en ½ de Nieuwpoort, twee halve veeren, excyse, waarvan de wederhelft aan Boetselaer toebehoort, 2) die heerlijkheid, hoge en lage van Ammers Gravelant, Gelkenesse en den Afterlande, mit banne, boete, thynse, ⅔ van de tienden die daar vallen, 3) die coren- en smaltiende van Ammers Gravelant, van den Afterlande, van Poelwyck, en zyn oudevader heer Roelant le Fevre in zijn leven ridder, verkreeg van Rutgert van den Boetselaer, 4) een corentiende in Gelkenesse, in Corteland en in Graveland, gelegen tussen de Nieupoort en de kerke van Ammers, en de voors. heer Roeland verkreeg van jvr Maria Beuckelaer. Vervolgens wordt heer Franchois van Heemstede met deze lenen beleend. Ook hier ontbreken het eind en de datum