1538-03-20 (1537) |
R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 43
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van lenen heer Lenart Pietersz Luijt, priester, met Aert Symonsz als zijn voocht in deze saecke, opdroeg tbv Dammas Cornelisz, 1 morgen lands uijt een weer lants, groot ½ hoeve, ende is dat oostersche weer van denselver hoeve mitter waterkeringe, gelegen beneden Haestrecht, streckende van den backwatering totter halver Yssel, also verre als die steenplaets begrepen heeft, gelyck en in alder manieren als die voors. heer Lenaert die op huyden van ons ontfangen heeft. En dat hij vervolgens Dammas Cornelisz hiermede beleend heeft, als leen van Arkel, tot een onversterfelijk erfleen
Cornelis Barthouts, Willem Criep, Jan Gans, Anthonne Lebucq, Jacob Dircsz van Haastrecht, leenmannen