1538-07-22 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Zeeland fol 57v-60v
Jaartallenindex
Karel beleent heer Johan van Renesse heer tot Malle, ridder, na dode van zijn vader heer Frederick van Renesse heer tot Malle, met: 1) ¼ deel van 1/12e deel, makende 1/48e deel van de alinger heerlijkheid, ambachten en tienden des lands van Vosmaer, mitten ambachte etc, uytgenomen de thienden van Oude Vosmaer; 2) ¼ deel van 1/12 deel van Vosmaer als voren; 3) ½ deel ⅙ deel dus 1/12 deel van de tienden in Oude Vosmaer, oost; de tienden van Jacob van Bleyswijk, Jan Willemsz Zoete, Cornelis Pietersz van Dalem, zuid: de dyk van t Nieuwelant, west: de Cruyswech, noord: de dyk van Ouwe Vosmaer; 4) 10£ gr Vls uit 1/12 deel van tienden van Ouwe Vosmaer, ende is een polderken genaamt t land Voordage, gelegen binnen de limiten van het land van Vosmaer, zulcs als tselve verlyt staat op de naam van mr Reinier Brundt, onse Raad in Holland; 5) dat binnendycse corenthiende, alleenlijk van den ambacht van West Barendrecht, gelegen in onsen lande van Zuydtholland, genaamd Jacob Dammasz ambacht; 6) ¼ deel van de ambachtsheerljikheid en ambachtsgevolg van Bommenee, gelegen in onsen lande Voorne, daarof die hoge heerlijkheid met ½ van de domeynen ons toebehoort. Leen van Voorne, indien mocht blijken dat dit leen ten eigen gegeven zou zijn, zal deze belening worden gecasseerd; 7) een rente van 320 gouden Ph gld per jaar uyten goeden van den grave van Egmont, uyt de goeden en heerljkheden van Warmenhuysen, Harinckerspel en Oudtkerpel; 8) die ambachtsheerlijkheid en ambachtsgevolg van de uiterlandse gorssen, slyken en aenwassen genoemd de ommeloop van groot en cleyn Puttermoer, Pierchille, der Monickenlant, gelegen in onsen lande van Putten, mit middele- en lage jurisdictie, visserien, vogelrien, binnen- en buitendyks, maelrien en veeren, van aldaar schout en schepenen te stellen en alle cleyne officieren, en ⅓ deel in de exempte boeten die hooge heerlijkheid aengaende, oock met ½ van allsulcken schot of bede, als wij daer hebben of hebben zullen, omdat dieselve gorssen 14 jaren bedyckt zullen wesen. Onversterfelijke erflenen. Te betalen voor t rechte van onsen zegel en anders als voor een cleyn leen. Mit laste van een erfpacht van 8£ van 40 gr Vls sjaars, te betalen aan onse rentmeester van Putten
mr Reynier Brundt, onse Raad ord, Cornelis Barthouds, Willem van Criep, leenmannen