1567-08-24 |
R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Kennemerland fol 21
Jaartallenindex
koning Philips oorkondt dat hij achtervolgende zekere appoinctemente bij onsen luden van onser Rekeninge in den Hage gemaict mit Henrijck Fransz, woenende tot Edam, als oom en voogd ofte curator van Claes Mathysz, van ½ van 13 deymden lants gelegen in de ban van Oesthuysen aen twee stucken, het eene genaamd die Hoornvenne en het andere die Saddyck, daeraen belend oost: Aris Jacobsz, west: die dijck genaemt die Gouwe, Claes Mathysz aanbestorven van zijn vader, maar aan ons als heeren van Voorne gedevolveert is bij wanverzoek. Nu wordt Claes Mathysz er weer mee beleend tot een onversterfelijk erfleen, tegen betaling van drievoudige gerechten (1567-08-23, 1567-10-20)
mr Reynier Moens, proc. gen. van het Hof van Holland, mr Cornelis Oem, Otto Steensel, Daniel van der Heijden, Dirck Adriaensz, Pieter Herweijer, Jan Beuckevort Jansz, leenmannen