1569-07-04 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Kennemerland fol 56v-59
Jaartallenindex

leenmannen oorkonden dat heer Gheryt van Schooten, presbyter, geassisteerd met zijn oom en gecoren voogd Gysbrecht van Schooten, approbeerde alsulcke gifte en overgifte als wijlen zijn vader Johan van Schooten op 1568-11-01 voor Cornelis Stalpert van der Wyele, rentmeester van Kennemerland en Ysbrant van Spaernwoude, als leenmannen van Holland, tbv zijn moeder jvr Cornelia van Egmond gedaen, verleden en gepasseerd heeft van ½ van een hofstede genaamd Zaenen, groot in het geheel 30 morgen land, gelegen in de ban van Schooten, met de ambachtsheerlijkheid vandien, waervan Adam van der Duyn vanwege zyn huisvrouwe die wederhelft toebehoord. Eodem die oorkonden dezelfden dat jvr Cornelia van Egmondt, weduwe Johan van Schoten, hoogheemraad van Rynland, volmacht geeft aan heer Otto van Egmond, heer van Kenenburch, ridder, en Vincent van Lockhorst here van Heemstede, of elc van hen beide, om namens haar voor de stadhouder van lenen te accepteren de overgifte door heer Gerrit van Schoooten tbv haar gedaan van de helft van de hofstede genaamd Zanen etc, en die namens haar in leen te ontfangen; 1569-07-04 en 1569-07-15: koning Philips beleent, na opdracht door heer Gerrit van Schooten, diens moeder jvr Cornelia van Egmond van Kenenburch met ½ van een huys, hofstede en land geheten Willems hofstede ende zaete van Zaenen, met de ambachtsheerlijkheid etc in de ban van Schooten, bij onser stede van Haerlem, streckende van de Vreetsloot [= Delft] tot in de Spaerne. Binnen aftersusterkind niet te versterven. Hulde doet voor haar heer Otto van Egmond van Kenenburch, ridder, Raad in den Hove van Holland

Florys van Woerden here ten Vliet en Ysbrant van Sparenwoude, leenmannen en mr Cornelis Oem, Pieter Herweijer, Jan Beuckevort