1519-03-03 (1518) |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 15v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat aan ….. Frederick van Renesse van Wulven heer van Malle ….. gebleken is bij brief van 17 Febr. j.l. bezegeld door Crispyn Jansz van Boschuysen, ontfanger van onsen espargne, dat deze in het openbaar verkocht heeft aan Engel Dircsz 9 ½ gemeten lands in de ban van Oostvoorne, die wijlen Merten Claesz in zijn leven van de heerlijkheid van Voorne in rechten leen gehouden had. Karel beleent vervolgens Engel Dircsz met deze 9½ gemeten in de ban van Oostvoorne, waarvan 11 lynen gelegen zijn in den Goudthouck, 2 lynen gemeen met Jacob Yemantsz c.s. in een stuk land van 10 lynen binnen deze landmerken, noord: die Heerwech, zuid: die brootsusteren v.d. Briel, oost: Papenhoeck. De 4 lynen binnen deze lantmercken, zuid: die deken van St pancrascapelle te Oistvoirne, west: wijselve als heer van Voorne, oost: het jaergetydelant van mr Jacob Yemansz, noord: onse wech. De 5 lynen: zuidwest: de H. Geest van Oostvoorne, noord: mr Jacob Haddenzoons capelrielant, oost: de H. Geest v.d. Briel. De 4 gemeten liggende in t Middelant, waarvan 3 gemeten belend zuidwest: die joncvrouwe van Oosteynde met heer Ariaen Gysbrechtsz capelrielant, west: die Heerweg, zuidoost: Adriaen Jan Maertsz, noordoost: die lange meet. Ende t vierde gemet liggende met heer Adriaen Gysbrechtsz en de jvr van Oosteinde gemeen in een stuk land van 4 gemeten, west: de heerwech, zuidwest: Willemken Wittens jaergetyde land, noordoost: de lange meet, en 2 gemeten min een ¼ gelegen in scijteweeck, zuidwest: het kapittel van Oostvoorne met Pieter volkincszoon, oost: St Katherine susterhuis in den Briel, noordoost: de grafelijkheid. Te houden tot een recht leen
Jacob de Voicht, pensionaris der stad Antwerpen, mr Cornelis Anthuenisz, secrtaris van de camer van onsen Rade in Holland, Cornelis Barthouts, Simon van der Goude, leenmannen