1522-1523 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 315
Jaartallenindex

Jacop Pietersz en Gheryt van Berkenroede namens hun echtgenoten als erfgenamen van wijlen Jan Jansz, rentmeester en burgemeester van Gouda, als voortzetter van het proces van hun vader contra Jacob Gerytsz e.a. ingelanden in de ban van Roozendaal (tussen Haestrecht en Oudewater). Jan Jansz heeft namens de koning en krachtens een overeenkomst tussen hem en de ingelanden in 1509 gesloten, de tienden van het gewas (koren, hennep e.a.) dat werd verbouwd in de ban van Rozendaal geheven. In 1520 weigerden de ingelanden hem de tienden te betalen, op grond van een koninklijk placcaat van 1520. Jan Jansz daagde hen voor het Hof, doch verloor en ging in beroep bij de Grote Raad. Na zijn dood zetten zijn schoonzoons het proces voort (vgl 1473-04-11, 1492-12-31, 1510-01-09)