1527-1551 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl V dossier 422
Jaartallenindex

Gheert Spierinck van Wel, slotvoogd van Heusden, en Jan Spierinck van Wel, mede namens de andere erfgenamen van Willem Spierinck, contra Hughe Spierinck van Aelburch. Gheryt Jan Gherytsz verkocht aan wijlen Willem Spierinck, vader van eisers, o.m. 5 morgen land in de ban van Veen [land van Heusden]. Op dit land, evenals op andere door Gheryt aan Willem Spiernck verkochte goederen had jvr Adriane Spierinck van Aelburch, weduwe van Thielman van Questenburch, een rente. Zodra Willem gestorven was, liet Adriana wegens renteschuld op de 5 morgen en andere bezittingen in kwestie beslagleggen. Eisers waren toen minderjarig, maar verkregen van het Hof van Holland naderhand een mandement waarin Adriane werd gelast het beslag op te heffen, anderzijds boden eisers haar aan de achterstallige rente te voldoen. Adriane weigerden en voor het Hof kwam een proces in 1527. Adriane werd in het gelijk gesteld; eisers werden veroordeeld in de helft van de kosten (1538). In de loop van het proces was Adriane overleden (1533). In haar plaats had haar nicht Adriane Spierinck van Wel het proces voortgezet. Eisers gingen van dit vonnis in appel bij de Grote Raad. Deze veroordeelde 1541-01-15 Adriane tot het afleggen van rekening en verantwoording van de vruchten die zij had genoten uit de in beslag genomen goederen. Tussen 1543 en 1551 overleed Adriane Spierinck van Wel, in haar plaats trad op Huge Spierinck van Aelburch