1507-01-04 (1506) (1) | Haarlem o.a.

R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Kennemerland fol 4v-10
Jaartallenindex

compareert voor het Hof van Holland Jacob Jacobsz met zijn huisvrouw Belye van Zoutelande Gillisdochter, met consent van haar man en bij hem geauthoriseerd, Willem van Crompvliet, Willem van Soutelande Gillisz en Jan van Sevender. Zij erkennen gezamenlijk verkocht te hebben aan de vrouwe van Assendelft en van Goudriaen, weduwe heer Claes van Assendelft, ridder, in leven heer van Assendelft, de somma van 300£ van 40 gr t pond, sjaers, om een somma van 4800£, losbaar den penn. 16, doch niet binnen 6 jaar; Jacob Jacobsz stelt tot onderpand: 1) ⅓ deel van een tiende omtrent Reymerswaal met zijn broeders gemeen, waerdich zynde zijn deel 18 R gld, 2) noch binnen der stede van Haerlem een huys op Crayenhorstergraft, daer nu ter tijt Willem Gillisz voors. in woont, ende placht toe te behoren mr Dirck Cannemaker, 3) zijn deel van dat nieuwe bedycte land op Texel. Item de voors. Belye van Soutelande Gillisdochter, huisvrouw van de voors. Jacob: 1) twee stuckken land buiten de stad Haarlem, geldende jaerlicx 26 R gld, die nu ter tyt bruict Baerte Jacobs weduwe, 2) een stuk lands gelegen tot Graft, geldende sjaars 13 R gld, die nu ter tijt bruict Claes van Neck, 3) een stuk lands tot Castricum, geldende sjaars 13 R gld die nu ter tyd bruict Jan Gerytsz, 4) ......, 5) een stuk land te Limmen, geldende sjaars 10 R gld, die nu ter tyt [bruict] Claes Jansz, 6) noch op de stad Haarlem 30 R gld sjaars losrente, den penn. 16, 7) een huis staende binnen Haerlem daer sy nu ter tyt in woont met alle huis, silverwerk etc, 8) een losrente van 100 R gld sjaars op de stad Alkmaar, 9) haer deel van het nieuw bedykte land dat zij met haar bedykt heeft in Texel