1509-05-10 |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput Z.H. fol 19, 19v
Jaartallenindex
Karel etc beleent Jan van Raveschot na dode van zijn vader Adriaen van Raveschot met: 1) ½ van ½ van der ambachtsheerlykheyt ende gewairde rechterschap van onser wildernisse, zoals die bepaalt staen, metter geheelre ½ van de wind, thyns, tiende, overmaet, gelegen in den Grooten Wairde, gelegen boven onser stede van St Geertruidenberge binnen der gebuyr erve van den Overveen aen die een zyde, en aen die ander zyde: die palen van Brabant, streckende van der westzyde van der kinderen goet van den Poele tot den ambachte van Besoyen. Tot een onversterfelijk erfleen, 2) noch ¼ deel van het leen voors, 3) noch ¼ deel van ½ van der wildernisse, ambachten, heerlijcheyt ende gewairde rechterscip van Screvelsduynen, met wint, thyns, tiend, overmate etc (tot een onversterfelijk erfleen), 4) ¼ van den thynse, ambachte van onser wildernisse en overmate in den voors. Grooten Wairde. Tot een erfleen. Eodem bevestigt Karel de lijftocht voor jvr Alydt van den Velde, weduwe van Adriaen van Raveschote, die haar zoon Jan van Raveschot haar gemaakt heeft: de minre helft van de voirs. lenen (vgl 1493-04-25)
mr Aerndt Bueckelaer, Dirck van Boneem, Crispyn Jansz, Reynier Willemsz, leenmannen van Holland