1510-01-31 |

Arch Marquette no 1076 fol 14v-16v/Handvest van Assendelft p 84, 17e eeuws afschrift
Jaartallenindex

also seeckere questien ende geschillen geweest zijn tusschen Gheryt Heere van Assendelft, ter eenre, ende die schepenen van den jaer 1508 ende 1509, lest leden tot Assendelft, ter andere zijde, ende dat ter cause van dat die Heer van Assendelft gecauseert hadde ofte doen causeren die voirs schepenen als dat sij lieden recht gedaen souden hebben met Gheryt Gherytsz, schout van Assendelft, sonder den ban van den bailliu van Assendelft gehadt te hebben, daervan sijluyden in rechten hangende zijn, ende ter anderen, oock questie is geresen geweest tusschen die voors. partijen, ter cause dat die voors. Heere van A. syne vierschaer van zijn dorp van Assendelft getransfereerd hadde ende onderhouden wilde tot Eemskerck. De beslissing van dit geschil werd opgedragen aan Willem van Berendrecht en Andries van Hargen, Raden. Hun uitspraak luidt dat schepenen geabsolveerd worden en dat de vierschaar zal moeten gespannen worden binnen Assendelft, en dat de heer van A. zijn ondersaten nog eenige met name genoemde privileges zal moeten schenken, waarvoor de ingezetenen van Assendelft den heer zullen toezeggen 500 Rynsche gulde, te betalen binnen 8 jaar, en bovendien zullen betalen het glas dat de heer van A. in de kerk aldaar gegeven heeft