1511-09-12 |

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 101
Jaartallenindex

Max. en Karel oorkonden dat onse geminde Jacob van Matenesse, schildknape, verklaarde dat hij van de grafelijkheid van Holland in leen houdt seeckere percelen van leengoeden binnen den ambacht van Voorburch vast bij onsen Hove in den Hage in Holland voors. Aangezien hij enige cleyne percelen gaarne zou willen vervreemden of in erfpacht willen uitgeven, zonder de natuur van leen ervan te willen veranderen, verzoekt hij consent hiertoe. Hij mag 3 morgen te Voorburch in erfpacht geven aan Arys Henricsz ende aan Dirck Backer 11 hont land te Voorburch, noord: die Lytwech, zuid: die Vliet, west en oost: Jacob van Matenesse zelf. Jacob blijft gehouden hiervan [leen] dienst te doen alsof niet erfpacht uitgegeven was

present: Pieter Plumion, Loys Bruueel