1513-05-19 |

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput Z.H. fol 96; Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 334/2 sub C I
Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Thomas Bueckelaer, Raedt ons genadichs Heren, opdroeg tbv zijn dochter jvr Juliana weduwe van Dirck Jan Sonck de navolgende lenen: 1) een visserye gelegen tot Alblasserdam, buitensdyks langes die reviere, 2) een grooten poldre geheten Vinkenland, 3) die vogelrije van denselven lande, 4) aldaer een hofstede groot 40 morgen, 5) die visserij streckende van der sluyse af tot Bleskensgrave toe, 6) die tynsen te Alblasserdam, 7) die paerdetol, die kenneptienden, korentienden, smaltienden, die sluis aldaar, 8) dat scoutambacht, 9) twee R gld sjaars sprekende op t gemeen land aldaar mits dat zy hoer water door t land leiden, 10) koren-, hennep- en smaltienden te Alblas, 11) seeckere leengoeden te Hofwegen, nl die koorn- en henneptienden, thyns, nakoop metter hoge heerlijkheid, hoge, lage en middel aldaar, 12) t veer in Zwindrecht, 13) 48 morgen en 3 hont in Alblasserdam, buitendijks, 14) een klein polderken van 7 morgen te Alblasserdam, 15) die tienden van denselven polder, 16) 14 morgen uyterlants gelegen tot Alblasserdam, 17) die tienden in Mosijenbroeck met die henneptienden ende smaltienden, 18) 4 morgen 3 hont land geheten Dullenhouck, 19) 7 hont aldaar, 20) die gehele tiende ende henneptiende in Molenaersgrave, 21) aldaar 14½ morgen land, 22) 19½ morgen lands in Alblasserdam, 23) een schrootambacht te Dordrecht, 24) een hofstede en rietbroeck, gelegen buitensdyks tot Almkerk, 25) 32 morgen lands gelegen op Pittershoeck. Thomas Bueckelaer behoudt het vruchtgebruik van al deze lenen, zijn leven lang. Hij zegelt met de andere leenmannen (vgl 1516-07-12, 1516-07-24)

Pieter Hugenz, Pieter Schoeck Willemsz, Dirck Engelsz, leenmannen