1486-11-08 | Haarlem

Cartul St Jan Haarlem no 346 (345 ?), 350
Jaartallenindex

scepene in Harlem oorkonden dat mr Jan Willem Jansz.z, commandeur van St Jan te Haerlem, heer Aernt van Scoenhoven, prior, mr Pieter van der Beets, cureyt van Heemskerck, heer Claes van Schoten, here Florys Adriaensz, cureyt in Hazertswoude, heer Jacob Claesz, cureyt in de Beverwijc, heer Jacop Gerytsz, heer Pieter Wybrantsz ende heer Claes Claesz, allen heeren en broeders van St Jan te Haarlem, beloofd hebben Vivien Berthelmeeusz, Jan Visscher en Dirc Jansz costeloos en schadeloos te houden van alsulke borgtocht als zij voor den commandeur en conventualen voorn. gedaan hebben aan Dirc Gerytsz roerende van sekere waernisse van lande gheleghen in Hairlemmerleede. Bovengenoemden erkennen verkocht te hebben aan Dirc Gerytsz een stucke lants gelegen in die Waert in die banne van Haerlemmerliede, groot 10½ maden ende belend hebben noord: die Regulieren buyten Harlem, zuid: Pieter Scol [Stol ?] op Sceepmakersdyck, west: de Spaern, oost: die Regulieren voorn. Borgen: Vivien Bertelmeeusz, Jan Visscher ende Dirck Jansz, losbaar binnen 5 jaar

Jacop van der Couster en Loef Gerytsz van Bennebrouck, schepenen