1493-04-02 (1492) |

R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Arkel, Putten fol 10-12
Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Cornelis van Woude Jansz "ende niet alleen om die goede gunste ende liefde die hij draegt tot jvr Margueriete en Hillegont van Woude, syn susteren, maer oock om sonderlinge ende treffelycke redenen, soo hij affirmeerde in zijn conscientie hem daertoe porrende etc", opdroeg tbv zijn zusteren alle lenen hem aangekomen bij dode van zijn broer Karel van Woude, die deze in leen hield van de grafelijkheid van Holland als heer van Putten, van de graaf van Nassau, heer tot Breda, van den heer van Wassenaer en van Jacob van Woude heer tot Warmond: 1) 7 morgen land in het ambacht van Oestgeest, leen van Nassau, 2) 6 morgen aldaar, geheten dat Grote Hofbroec en nog 4 morgen 14 hont in het ambacht van Voorschoten, gehouden van Wassenaer, 3) een woning met 11 morgen in het ambacht van Warmond teinden Warmonderdam, en nog 2 morgen land te Warmond binnen Hemmeer en geheten zijn Steenshoorn, leen gehouden van Jacob van Woude, here van Warmond. Deze lenen droeg hij op tbv zijn oudste zuster Marguerite van Woude. T.b.v. zijn jongere zuster jvr Hillegont: 1) ½ van 3 lynen lands in Stollaertsdyk en de ½ van de westiende te Spykenisse, leen van Putten, 2) ½ van 3 lynen lands in Stollaertsdyk en noch ½ van drie lynen van de westiende te Spykenisse, leen van Putten. Met verzoek aan de diverse leenheren om de zusters hiermede te belenen. Op 1493-04-10 bevestigen Karel en Philips bovenstaande brief

Heynrick Ghysbrechtsz, Jan Jansz van den Polle, Heynrick Florisz, leenmannen