1482-07-25 |

R.A.H. Coll Aanw 107 fol 6v (fol 3)/Berigten Hist Gen dl IV p 112/Arch Nyenrode
Jaartallenindex

de stadhouder generaal van Holland beleent Jan van Nyenrode Jansz na dode van zijn oom Gijsbrecht van Nyenrode en van zijn vader Johan van Nyenrode met: 1) dat huys tot Nieuwenrode met een viertel lants die gelegen is van der Broecdijc, uijt streckende in die wech, tot een recht erfleen, 2) ½ van de ambachten van de Lier en Souteveen, met toebehoren tot een erfleen, binnen aftersusterkint niet te versterven, 3) een huys binnen Naarden en sulck lant als him aengecomen is van der thiende van Goylandt, tot een erfleen, 4) het goed Pendrecht, 5) de hoge heerlijkheid van de Lucht bij Noortigerhout, behouden myn gen. Heer sijn recht en ressort van de souveraince, clockeslag, zeedrift, beden, grove wilt, onthoudinge van den gebannen ende anders nae inhout synre brieven, 6) die ambachtsheerlijkheid van eenen dorpe ende heije, streckende van Langevelt op tie Zee noirtwaert tusschen den Duijndam ende den ouden schelpwech, tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een rode sperwer (vgl 1496-09-29)

de heer van Zevenbergen, Gerrit heer van Assendelft, Gerrit van Abbenbroec, mr Cornelis de Jonge, Raden en leenmannen van Holland