1453-01-22 |
Inv Arch H. Geest te 's Hage dl I no 811 dl II regest 363
Jaartallenindex
schepenen in den Haghe oorkonden dat Jacob Aerntsz verklaarde schuldig te zijn aan Jacob Coppier een rente van 20 schell Holl sjaars op de ½ van de woning waarin Gystgen Kerstantsz vroeger woonde en 1/9 van de andere helft, in t westambacht van den Hage en in t geheel belend oost: Martyn Hughenz erfnaem en Huge Jans, west: Claes Pietersz en Boudyn Jacobsz woning, zuid: Ysbrant Martynsz, noord: Dirck Florysz. En verder nog op ½ van 2 morgen land in Etscamp en 1/9 van de andere ½, belast met een oudere rente van 50 schell op het gehele land, belend zuid: Jan Meynsen erfnaem, noord: Jan van Veenen wyfs erfnaem, west: de Leijwech, oost: Martyn Ysacx kinder. En verder nog op de woning en het land waarin [!] hij nu woont, in genoemd ambacht, die aan Symon van Alken toebehoorde, groot 8 morgen, belend oost: Pieter Jansz, zuid: Ysbrant Oedsiersz, west: Heynric Robbrechtsz en Jacob voorn, noord: Dirc Florysz. Oorspr Inv no 811, in dorso: Jacob Aerntsz van Eyckenduynen. Up Cornelis Matheusz woninge tot Eykenduynen 20sc. Copie, in margine: Habet anno 1557 Pancraes [Heynricsz] (vgl 1452-11-10)