1459-08-02 |

Ms Opstraeten III fol 1260/Gaasbeekse lenen II fol 1v

Jaartallenindex

beleent heer Willem van Hyndersteijn, Ridder Duijtscher oirden, na dode sijns vaders Ernst van Hyndersteijn: 1) dat stenen huijs geheten Hyndersteijn met aller der hoffstede als die begrepen ende gelegen is in Nederlangbroeck, met 8 morgen lants die gelegen sijn tussen de hofstede ende die hooftwetering van den voors. huijse te Hindersteijn, 2) 13 morgen in Melckwijc, 3) 3 morgen in Wyckerbroec, 4) 1 morgen in Langbroec in 30 houven, metter hofstadt, ende is geheten die Haer, 5) 3 morgen aldernaest dese halve houve, 6) 10 morgen gelegen in de Melckwyc, ende voort alle alsulcke goeden ende heerlycheijt als die voors Ernst te leene geholden heeft, gelegen in de Melckwijc ende in Haer, gemeen met Gysbert van Lijmbeke, te holden tot een onversterfelijk erfleen, te Zutphenschen rechte, te verheergewaden met een pont goet geld. Voor hem heeft gehuld Gysbert van Sterckenborch

present: Jan van Suylen van Natewisch, Daniel van Nyewael