1435-03-01 (1434) |

Coll Aanw 204 fol 478/Mem Rosa II fol 175
Jaartallenindex

up die clachte die die here van Ysselsteyn gedaan heeft voor den Rade tegen de heren van St Marie te Utrecht, dat die hem met geweld de tienden ontnomen hebben gelegen in synre heerlicheyt van Yssteijn (!), die hij van de hertog in leen houdt. Zoe hebben diegedeputeerden van St Marie tot Schoonhoven op 17 Sept. getoont zulk bescheit, dat de tienden in questie aan het kapittel behoren. Zij toonden drie breven bezegeld door heer Gysbrecht here van Ysselsteyn, waarvan zij copie overleverden. De volgende dag stelde de heer van Yselsteyn dat die voirs. drie brieven onrechtich syn bezegelt mit conterfeijte zegelen, daarbij dat sij valsch en van geenre waerde waren. Gedeputeerden wensten zich hierover te beraden. Op Dinsdag na Laetare Jerusalem anno 1434 na den lope des Hoves moeten zij weer verschijnen. Op de genoemde dag zijn namens het kapittel te Schoonhoven verschenen. Er wordt uitstel gegeven