1435-08-30 |

Coll Aanw 204 fol 609v/Mem Rosa II fol 216
Jaartallenindex

hertog Philips oorkondt dat hy hier voormaals op 1434-04-17 onsen lieven en geminden Raad en camerling den heer van Ternant gestelt ende geordonneert hadden capiteyn en castelleyn van onsen slote van Gorinchem, en ook mede onse drossaert en rentemeyster onser stede van Gorinchem en onsen lande van Arkel, om die te bedienen zyn leven lang. Welk drossaertschap en rentmeesterschap wij bij onversienicheden ende roukeloosheden daerna bevolen hadden onsen lieven en getrouwen neve, den here van Gaesbeek ook voor zyn leven, met opzeggen van deze dienst aan de heer van Ternant. Soe hebben wy nu onlancx wesende in onsen lande van Bourgondie gedenckende der causen en redenen die ons geporret hadden den voirs. here van Ternant de voirs. diensten te bevelen, en ook om andere redenen ons daartoe porrende, heeft hy den heer van Ternant by brieve gegeven te Dyon 1435-01-05 (1434) het drossaerts- en rentmeesterschap weer terug te geven, daarvan de heer van Gaasbeek ontlastende. Het ging daarna zo dat die here van Ternant van zynentwege een drossaard aanstelde en de heer van Gaasbeek een rentmeester. De hertog verklaart nu dat het zijn wil is dat de heer van Ternant het castellein- en rentmeesterschap van Gorichem en het land van Arkel bedienen zal, en dat hij de aan de heer van Gaasbeek gegeven brieven herroept