1625-03-25

R.A.H. O.R.A. 1065 fol 174
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Jacob Garbrantsz en Jan Arentsz x Luitgen Garbrantsdochter, voor hen zelf en als gemachtigden van Styntgen Jacobsdochter, haer stijffmoeder en nagelaten weduwe van Garbrant Heyndriksz Cuijnderman, haer vader (procuratie gepasseerd voor Cornelis Jansz Baert, notaris te Alkmaar 1624-10-17), mitsgaders haer oock sterck makende voor Jan Jansz, schoenmaker, wonende tot Campen, haer swager, als getrout hebbende Geertgen Garbrantsdochter, ende oock voor Heinderick Garbrantsz des voornoemde Jacob Garbrantsz broeder, ende mede voor Jan Garbrantsz van de voors. Garbrant Heindricksz die hij geprocureert heeft bij de voornoemde Stijntgen Jacobsdochter, die beide in Oost Indiƫ zijn, niet wetende of zij leven of dat zij dood zijn. Alle erfgenamen van Garbrant Hendricksz, transporteren aan Jochim Jacobsz, chirurgijn tot Amsterdam, een schoone, welbeplante hooffstede met het huys daerop staende ["Distelberch"], beplant met veelderhande schoone ooftbomen met noch een Queekerye van lindeboomen, groot 1 morgen land, mitsgaders seecker stuck weij- ofte seijlants leggende achter des voors. hofstede, groot 2 mad, tegenwoordig gebruikt bij Gerrit Pietersz Wittecaes, die alls in mei e.k. nog 3 jaar in huur heeft, zuid: Louwrens Jansz Spiegel, noord: Pieter Willemsz, .....: de Heerewech, ...... het Geldeloze pade. Belast met 2050 in 5 partijen, rentende den pennig 16. Koopsom 699 gld, volgens een custingbrief die 1628-08-12 afgelost is. In margine staat: op huijden den 17e April heeft Jan Jansz schoenmaker beneevens zijn zwagers deze verkoping geapprobeerd

Jan Gijsbertsz van Leeuwen, schout, Claes Baertsz en Frederick Pietersz, schepenen in Tetrode