1591-11-14

R.A.H. O.R.A. 1063 fol 51 no 44
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen van Tetrode oorkonden dat joncker Guido van Meerkercke, als vader en voogd van zijn kinderen bij wijlen jvr Theodora van Wijck, en jvr Johanna van Wijck, weduwe van Dirck Jansz van Woerden, in zijn leven ondergriffier van Holland, t.o.v haar zwager jhr Guido als voogd, in desen erfgenamen van wijlen joncker Floris van Jutphaes. Ende Maria Bitters, vrouw van Henrick Hoffman in den Haghe, als erfgenaem van jvr Catrina Bitters, weduwe van joncker Floris van Jutphaes, erkennen verkocht te hebben en mitsdien schuldig te zijn aan joncker Harman Bitter van der Messche en zijn drie vóór kinderen, een jaarlijkse losrente van 37 gld 10st, te lossen met 600 gld. Ende dit in plaats van zekere obligatie bij wijlen jhr Floris van Jutphaes en zijn huisvrouw tbv Guido van Meerkercke verleden 1583-06-05, en bij denselven Meerkerke aan jhr Harman Bitter en zijn kinderen getransporteerd op 1588-03-23, tot betalinge van de coop van zeecker huys en erve gestaen op ten Oever in Wieringen. Welke obligatie door de nu gepasseerde akte dood en teniet gedaan is. Onderpand: de hoffstadt en landen, boomgaerden, cingelen etc, genaemt t huijs te Aelbertsberge ofte Blommendael in de banne van Aelbertsberge gelegen, daer op den voirs joncker Floris van Jutphaes en zijn vrouw gewoond hebben en hem deselve toebehoort

Engbert Melisz Prins, schout, Floris Jacobsz en Cornelis Thaemsz, schepenen van Tetrode