Oostrum, van | 1474-02-01

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 446

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc van Oostrum maakt tot lijftocht voor Jutte Geryt de Boelendochter [de Bole] 10 gouden cronen zolang zij leeft, uit alle goederen die hij in Eemlandt van de abdij in leen houdt; zijn vrouw jvr Hadewich doet afstand van haar lijftocht op dit goed, onder voorwaarde dat deze 10 cronen anders waer belegd zullen worden "waar Zweer van Deenmark en Alfer Ruysch dat zullen wijzen"

mannen: Alfer Ruysch, Tyman Mouwer van Heersell

Palick | 1443-06-07

Arch Huis Bergh Reg Oorkonden no 547, 529

Achternamenindex

Rutger van den Paidvert, Claus Tegnagel, Gerit Palich van Helbergen, Gerit van den Korenhorst Harmensz, Gerit Hotman en Gerit Greve de Jonge namens de jonker van den Bergh en Gosen van Beeck, Willem Matelanck en Albert Scaep namens Herman van Enghusen, getuigen dat deze laatste, nadat Johannes, des jonkers schrijver, en heer Evert ten Brinck rechtskundig advies hebben ingewonnen, in strijd met het compromis, dd 1442-11-19 (reg no 529)- verstek laat gaan

Poedelwijk, van | 1299-08-01

v.d. Bergh II no 1076

Achternamenindex

de pastoors van Rijswijk en Eikendunen berichten de officiaal en domproost te Utrecht dat zij de schout van Wateringen e.a. gesommeerd hebben hun handen te trekken van het land in Monsterambacht, dat het kapittel van Oudmunster geerfd had van "Hermanni bonae memoriae quondam Hasekine nati in Weteringhe", en dat zij bovendien de pachters van deze goederen, Philippus de Podelwike en Symon filius Ghelae, binnen drie dagen de pacht aan het kapittel moeten voldoen

Poes | 1325-06-27

De Geer: Arch Duitsche Orde II p 714

Achternamenindex

de raadslieden van Leiden oorkonden dat de landcommandeur van het Duitse huis te Utrecht beloofd heeft dat het begevingsrecht der capelriën gesticht in de St Pieterskerk te Leiden, op verzoek van graaf Willem van Holland en van Gheraert Alewynsz zal blijven bij de erfgenamen van de stichters; deze capelriën zijn - heer Heynrix kindre capelrie, - Katrinen Poes capelrie, - heer Hughe en heer Bartholomeus van Leiderdorp, 2 capelrien, - Ghereit Alewijnszs capelrie, - Gheye Goubrghenzs capelrie

Polanen, van | 1331-11-06

Van Mieris II p 525/Reg Rotterdam en Schieland no 416

Achternamenindex

graaf Willem leent van de vrouwe van der Dussen, Arnoudsdochter van den Dorpe 650 £ Holl om hiermee van de heer van Lecke het gerecht, woning, tiende en veer te Capelle te kopen. Hij heeft haar hiervoor 75 £ en 5 sc per jaar uit deze goederen bewezen, bij kinderloos overlijden te komen op heer Jan van Polanen en Willem van Duvenvoorde heer van Oesterhout; de graaf mag dit goed lossen met 650 £ Holl

Polanen, van | 1412-07-13

Reg Rotterdam en Schieland no 1857/Lenen van Honingen fol 100, 96v

Achternamenindex

Dirck van der Lecke, ridder, verklaart, nadat Florys Jansz hem in tegenwoordigheid van Hemrick Gysbrechtsz en van buren had opgedragen als vrij eigen 2 morgen gelegen in Ommoirden aan de westzijde van de nu door hem bewoonde zate, strekkende van de Rotte tot de landscheiding en belend west: Aernt Symonsz, oost: Florys zelf, dit land in leen gegeven te hebben aan deze Forijs; fol 96v: verstorven op Mertin Jans en Florys Claesz

Polanen, van | 1416-09-20

Arch Montfoort regest no 280

Achternamenindex

Willem van Pollanen geeft zijn neef Johan burggraaf van Montfoort in onderleen het huis te Wulverhorst met toebehoren, leenroerig aan het Sticht, met enige stukken land, leenroerig aan de proost van Oudmunster, en aan de jonker van Nassouwen en met de hoge heerlijkheid van Diemerbroeck, leenroerig aan de heer van Vianen, en verbindt zich deze goederen rechtstreeks voor de verschillende leenhoven te zullen overdragen, zodra de burggraaf van de genoemde leenheren de belening verkrijgen kan

Putten, van | 1246-02-26

v.d. Bergh I no 416

Achternamenindex

Nicholaas en Johannes, zoons van Wilhelmus Oboli (Penninc) krijgen in erfleen van Nicholaus de Putte: land genoemd Corendick, belend noord: Beninghe, west: Moerman, zuid: Dorenloet, oost: Wydele, en land in Spikenisse; met bepalingen over doodslag binnen dit gebied en andere bepalingen; 1296-11-18: deze brief tbv hun erfgenamen bevestigd: Nicolaus geeft de helft van het daarin genoemd land Corendik aan de erfgenamen van Nicolaus zoon van Willem Oboli, de andere helft behoudt hij zelf

bezegeld door Nicolaas van Putten, Wilhelmus graaf van Holland, N Persin, Th en Petro de Spikenesse, Hessele, Hugh, Joh de Maerlant et magistro Paulo

Persijn | 1281

Reg EL 39 fol 15v, EL 8 Kennemerland fol 57/Bijdr Vad Gesch 4e reeks dl IV p 39/J Craandijk: Het Geslacht Persijn

Achternamenindex

bij een onderzoek betreffende beden in Kennemerland verklaart zekere Jan Ponsekiensz hoet het in het ambacht Schoten in de tijd van graaf Floris was gesteld; hij zegt o.a. dat Enghebrecht Persyn van Schoten en oude Simon van Zaenden [broer van heer Jan Persijn ?] op der buren kost een man gezet hadden om te dienen voor het huis te Montfoort [dus in het voorjaar van 1281]; deze Enghebrecht Persyn was vermoedelijk heer van Schoten

Raaphorst, van | 1470-12-11

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën p 17, 18

Achternamenindex

Pieter Pietersz en Albert de Rapeist [!] bezitten de ambten van baljuw, burchtvoogd en ontvanger van Nyenburg, contra Willem van Brakel, vroegere bezitter van deze ambten; eerste aanleg, verzet tegen de tenuitvoerlegging van brieven van commissie, verleend door het Hof van Holland, waardoor op verzoek van verweerder bevel werd gegeven eisers uit hun ambten te ontzetten; verzet gegrond verklaard. Het bezit van de ambten aan eisers toegekend en verweerder veroordeeld tot schadevergoeding aan Pieter Pietersz