Heeswijk, van | 1196-05-13 - 06-04

Noordbrabantse Charters p 16

Achternamenindex

Albertus heer van Dinther schenkt aan de abdij Bern het landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek onder Heeswijk. Hier wordt melding gemaakt van een sala [herenhuizing] te Bernhese en een kasteel te Herpen van Albert en zijn zoon Hendrik van Cuyk, Dirc van Herlaer, Hubert de Heeswick en Willem graaf van Megen. Albertus van Cuyk bevestigt deze gift alsmede die van Almericus de Heeswijk, die zijn landgoed (curia) mede te Bernhese gelegen aan de abdij Bern geeft

Heyden, van der | 1509~

Grote Raad Mechelen Beroepen uit Holland dl III dossier 232, 233

Achternamenindex

Joriaen van der Heijden voert voor het Hof van Holland twee processen tegen Goert Gerytsz resp ter zake van 100 enkele gouden gld en ter zake van injurien als mede een proces tegen de tollenaar van Geervliet; hij achte de kostenrekening van zijn procureur te hoog; Joriaen van der Heyden, koopman uit Lyfland contra de tollenaar van Geervliet. Deze had een schip met lading van Joriaen en diens broer Berthelt, kooplieden uit Lyfland in beslag doen nemen

Heym | 1444-11-23

Taxandria 1923 p 174, 175

Achternamenindex

op deze datum verschenen voor mij Rutger van Arckel, notaris te 's Hertogenbosch, in tegenwoordigheid van eerzame mannen als getuigen, Belia, echtgenote van Arnoldus Wolphardsz [de Rover] vanwege hun dochter Maria ter ener en Elisabeth, weduwe van Jan Back van Tilborch met hun zoon Berthout ter andere zijde die verklaarden dat op die datum huwelijksvoorwaarden waren gemaakt, waarin genoemd: Heer Ghiselbert Back, kanunnik der St Janskerk te 's Hertogenbosch, staande in de Peperstraat; met beschrijving van de huwelijksgiften

getuigen en eerzame mannen: Johannes Monix, schepen, Henricus van der Aa Gerardsz, Dirck die Lu, Goyaert van Erp, Goeswijn Heym, Rutger van Geldrop, Martinus Monick, Arnoldus Berys, Johannes van Gheel, Arnoldus van den Wyer Henricksz, Johannes natuurlijke zoon van Arnoldus Wolphartsz

Herlaer, van | 1424-12-27

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 61

Achternamenindex

de abt oorkondt dat Vrederic van Drakenborch aan zijn zoon Jan, die hij heeft bij zijn vrouw jvr Elisabeth heer Johansdochter van Herlaer, ridder, gemaakt heeft de nahand aan 26 Rein Arn gld per jaar uit de tienden op Emenesse, die Vrederic van de abdij in leen houdt. Vrederic maakt deze rente vervolgens tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Elisabeth. Sterft Jan vóór zijn moeder dan komt de rente aan zijn rechte leenvolger, maar zijn moeder behoudt haar lijftocht

Heukelom, van | 1299-04-19

A.R.A. leenkamer Holland 7 fol 2v

Achternamenindex

Johan van Arkel oorkondt dat "wi hebben ghelovet Arnoud van den Berghe onsen neve, ende sullent hem gheloeften, dat wi hem zullen wedergheven alse neghen jaer sijn leden van dien daghe dat deze brief ghegheven wart, of sine gherichte boirt, alle dat goid dat hi ons hevet ghegheven toit alle den rechte dat was eer hijt ons gaf. Ende omme dat dese dinghe vaste bliven immermeeer, so hevet Otte van Hokelem onse neve, overmidt onse bede, syn seghel etc.

Heukelom, van | 1299-10-20

v.d. Bergh II no 1094/Oorkbk Brabant II p 865 no 720/Noordbrabantse Charters p 57/Van Mieris I 613

Achternamenindex

Otto van Hoeclem, knape, draagt zijn huis Wadenborch te Asperen op aan de graaf, en ontvangt het in leen; Otto van Hoeclem belooft graaf Jan dat hij niet dulden zal dat er te Asperen ooit een burg gebouwd wordt, omdat de heer van Buren Asperen in leen houdt van de heer van Cuyk, de moordenaar van zijn vader; Otto van Wadenburch [onder Asperen], die men hiet Otto van Hueckelom, kan geidentificeerd worden met deze Otto van Hoeclem

Heuyter, de | 1421

Batavia Illustrata bl 834, 1138, 1108, 1074

Achternamenindex

stamreeks Claas de Heuyter, Willem de Heuyter, schepen van Delft 1421 x Catharina van Voorhout, Jan Russent de Heuyter x Kerstand van Alkemade, vermeld 1455, deze kocht 1450-04-16 het huis Lewenstein; Ida de Heuyter, te Delft x Dirk Duyst, dochter Immesoet Duyst x Hendrik van Voorhout, vermeld 1434; Jacoba de Heuyter x Jacob de Jonge; Jacob de Heuyter x Margaretha van Bruhese, hieruit: Geertruyd de Heuyter x Pieter heer van Roon en Pendrecht, begin 17e eeuw

Dalem, van | 1360-06-27

Arch Nassau Domeinraad regest 592

Achternamenindex

schepenen van Woudrichem oorkonden dat Beatrijs vrouw van Roelof van Dalem, haar zoon Willem heer van Donghen, Florans van Dalem, Lisebet van Wisschel met haar zoon Robbrecht en heer Otte van Ghellichem, ridder, met zijn vrouw Aleyt, aan Roelof van Dalem beloofd hebben zich ook na zijn dood te zullen houden aan de verdeling van zijn goederen, in deze brief gemaakt tussen zijn bovengenoemde kinderen en zijn dochter die non is, Ruelken de bastaard en Jan

Dalem, van | 1422-01-12

Arch Nassau Domeinraad regest 1160, 1161, 1162

Achternamenindex

schepenen van Leuven oorkonden dat de meier aldaar met schepenen Wilhelmus van Daelhem, zoon van Wilhelmus heer van Donghen in het bezit heeft gesteld van de hoeve Lichtenberch gelegen te Donghen en Tilborch, voor de 4000 Engelse nobels die zijn vader hem schuldig was, nadat deze ontslagen was van de verplichting tot zijn onderhoud. Dezelfde dag oorkondt men dat hij in het bezit gesteld is van de heerlijkheid (Donghen) en de cijns van het dorp Donghen

Dalem, van | 1514-11-18

Arch Nassau Domeinraad regest 2583

Achternamenindex

Henrick graaf van Nassau heer van Breda wijst aan Joost van Daelhem genaamd van Dongen, zijn zuster, Cornelie van Daelhem, Katherina van Goisdorp, vrouw Jan Herve van Millendorp en haar zuster Margriete een rente toe van 40 Rijnse gld jaarlijks, gevestigd op de heerlijkheid Breda, ter vergoeding van zekere goederen, door hen geerfd van Joost van Heijger en aan zijn vader graaf Johan van Nassau gegeven; 1571-06-22: is een derde van deze rente afgelost